maandag 18 augustus 2008

Feest in Kampen en Abercrombie in de rats

Hoi allemaal! Geweldige zaterdag in Kampen achter de rug. Schitterend weer, hartstikke leuke ontvangst door de burgemeester van Kampen met een klein stukje historie van Kampen op het podium, een gezellig plein vol stripmakers aan het water en gelukkig ook heel erg druk met stripliefhebbers, die graag een album, tekening of handtekening van ons wilden hebben. Pauze hebben we zaterdagmiddag dan ook niet gehad. Maar gelukkig werden we wel regelmatig van koffie, cola en andere drankjes en hapjes voorzien.
Om vijf uur was Hans nog druk aan het tekenen en na vijven hebben we dus helaas nog een paar mensen moeten teleurstellen. Ook een aantal collega’s, vrienden en bekenden, die we maar heel even begroet hebben en dus weer veel te kort mee hebben kunnen kletsen. Maar dat proberen we binnenkort in Valkenswaard alsnog goed te maken.
Voordat Hans om 13.00 uur arriveerde heb ik samen met Piet Voordes in de stand van Ernst en Bobbie zitten signeren. Na 13.00 uur ben ik twee stoelen opgeschoven en heb de twee Bobbies met elkaar proberen te combineren. Behalve dat zijn er ook nog heel wat tekeningen van Donald en andere Ducks en zelfs Hiawatha en Broer Konijn gemaakt.
Het etentje ’s avonds na afloop heb ik helaas (alweer) gemist, maar Hans en Caroline hebben er van genoten.
En daarom wil ik in de eerste plaats Paul Reichenbach en de organisatoren en medewerkers van het Kamper Stripspektakel hartelijk bedankt voor de uitnodiging voor dit jaar en de goede verzorging afgelopen zaterdag in Kampen en niet te vergeten de tas vol cadeautjes die we na afloop meekregen. Natuurlijk mag ik ook de burgemeester van Kampen niet vergeten voor de hartelijke en zeer bijzondere ontvangst. En vooral iedereen die we afgelopen zaterdag weer aan de stands van Bob Evers en die van Ernst en Bobbie hebben mogen begroeten. Te gek dat jullie er allemaal weer waren!

En dan is het intussen de hoogste tijd geworden voor weer een nieuwe scenariopagina van “De strijd om het goudschip”. Na de eerste inkleuringen op deze blog gaan we vrolijk verder met pagina 32. Een pagina waarop Kapitein Abercrombie zichzelf steeds verder in de nesten werkt en tegelijkertijd de kwaliteiten van zijn bemanning nogal lijkt te onderschatten.
En het zou best eens kunnen dat het verdere verloop van het verhaal uitwijst hoezeer onze kapitein ongelijk heeft.
De loglijn op deze pagina heeft trouwens nog voor behoorlijke documentatieproblemen gezorgd. Het is een heel simpel ding, maar hoe ziet het eruit als je er eentje wilt tekenen? Afbeeldingen zoeken op internet leverde in elk geval toendertijd niets op en ook de omliggende bibliotheken lieten ons in de steek. Ik ben er zelfs nog voor naar het Scheepsvaartmuseum in Amsterdam geweest om daar in de bibliotheek al dit soort details uit te zoeken. Mocht iemand van de toenmalige medewerkers dit lezen, nog hartelijk bedankt voor de hulp. En dit is dus waar het allemaal om ging. Al die foto’s, boeken en trefwoorden waarop ik moest zoeken. En deze pagina, pagina 32 van het stripverhaal, opgebouwd uit de scènes van de bladzijde 128 t/m 131 en de bladzijden 145 t/m 147 van het oorspronkelijk Bob Eversboek van Willy van der Heide, was de pagina waar het allemaal mee begon. Hier is ie:

PAGINA 32a:

1. Abercrombie staat in de kapiteinshut aan de telefoon en antwoordt zelfverzekerd op een vraag van MacGarrigle.
MACGARRIGLE (buiten beeld, via de telefoon): Wat is de tweede regel van ‘Loch Lomond’ in het Schots?
ABERCROMBIE: Where the sun shines Bright on Ben Lomond!

2. MacGarrigle staat in de machinekamer aan de telefoon.
MACGARRIGLE: Allright! Toestand hier is okay. Alle deuren dicht, roosters onder stoom en mijn twee stokers zijn hier bij me.
ABERCROMBIE (buiten beeld, via de telefoon): Ik zit hier op de brug zonder pistool of geweer. Wat willen die boeven in vredesnaam?

3. Close-up van Abercrombie, die aandachtig naar de uitleg van MacGarrigle luistert.
MACGARRIGLE (buiten beeld, via de telefoon): Geen getuigen, vrees ik. Het lijkt me een stel muiters van dat jacht daar.

4. MacGarrigle oppert een plan om Abercrombie aan een wapen te helpen. Hij kijkt naar boven, naar de opening van één van de ventilatiekokers.
MACGARRIGLE: Luister, ik heb wapens. Gooi het schroefstuk van de loglijn in een ventilatiekoker, en dan…
ABERCROMBIE (buiten beeld, via de telefoon): Ik snap het al. Hou maar klaar.

5. Even later haalt Abercrombie een Smith-en-Wesson automatisch pistool op uit de ventilatiekoker. De hoge, gekromde ventilatiekoker staat met de opening naar voren.
TEKSTBLOK: Even later…
ABERCROMBIE: Ha, dat ziet er goed uit.


PAGINA 32b:

1. Mickey Mouse doorzoekt het manschappenverblijf op het achterdeel van het schip. Harry en Barney houden de wacht.
MICKEY MOUSE: Noppes! Niemand!

2. Mickey Mouse timmert grinnikend de houten toegangsdeuren tot het manschappenverblijf dicht. Abercrombie ligt tussen een rol zeildoek en een lege kist op het brugdek en loert naar de muiters.
MICKEY MOUSE: Ziezo! Dat is secuur dicht. Daar kan niemand zich meer verstoppen.
ABERCROMBIE: Die schurk timmert de deuren dicht. Niet onhandig van hem bekeken. Dan kan hij hut na hut doorzoeken.

3. Abercrombie loopt op zijn sokken met de lege kist in zijn handen naar de stuurboordvleugel van de brug. Mickey Mouse geeft bevel naar het vooronder te gaan.
MICKEY MOUSE (buiten beeld): Naar het vooronder!
ABERCROMBIE: Het vooronder, hè? Nou heb ik ze!

4. Abercrombie ligt plat op zijn buik achter de lege kist. Onder hem ziet hij Mickey Mouse met getrokken geweer op het hoofddek verschijnen. Ongeveer tien meter achter hem Harry en Barney met getrokken pistolen.
ABERCROMBIE: Haha! Dit wordt een prachtig spel. Nu goed mikken, dan heb ik er één te grazen voor de ander in de gaten heeft waar het schot vandaan komt.

5. Er knalt een schot, een kogel schiet dwars door de kist heen en treft Abercrombie in zijn rechterbovenarm.
GELUID VAN HET SCHOT: Pang!
ABERCROMBIE: AAGH!

Heel veel plezier allemaal en tot de volgende keer!

Geen opmerkingen: