(foto's: Jack Nowee en Hans Kleppe)
Het enige nadeel was, dat we zelf eigenlijk nauwelijks tijd hadden om even over de rest van de beurs heen te lopen. Maar de warme maaltijd na afloop maakte dat gemis meer dan goed.
Hartstikke bedankt dus iedereen die afgelopen zaterdag de moeite heeft genomen om al dan niet speciaal voor ons naar Nieuwegein te komen. En natuurlijk aan de organisatoren van de Dag van de Jeugdhelden voor het warme welkom. Als het ons ligt, zijn we volgend jaar zeker weer van de partij.
En na de Dag van de Jeugdhelden kon het natuurlijk niet uitblijven: Bob, Jan en Arie keren terug in hun eigen strip!
Na al het geschuif, geschaaf en geschrap hield ik uiteindelijk vier plaatjes over aan het eind van de Frisco-scene. In de ‘oerversie’ stonden er daarvan drie op een halve pagina:
PAGINA 9b:
1. Abercrombie laat de vijftien eilandbewoners met al het voedsel aan boord van de Frisco klimmen. Zelf blijft hij in de sloep zitten en legt uit MacGarrigle uit hoe hij te werk is gegaan.
ABERCROMBIE: Zoals ik al zei, een paar kleine geschenken doen wonderen. Hier heb je je bemanning.
2. MacGarrigle schreeuwt een bevel naar de neger.
MACGARRIGLE: Stook de vuren op. We vertrekken.
3. De Frisco verlaat het rif met de Annie Laurie op sleeptouw. Op de voorgrond gegroet door een aantal eilandbewoners.
MACGARRIGLE (vanaf de Frisco): Volle kracht vooruit! Op naar het volgende eiland!
Ik had hier een prachtige grote plaat over twee stroken in gedachten in gedachten, waarin je de Frisco en de Annie Laurie weg ziet varen van het atoleiland. Maar ja, nu moet er nog een overgebleven plaatje van pagina 9a bij, en wordt de uiteindelijke pagina 16a een halve pagina met vier plaatjes. Waardoor er van die grote plaat over twee stroken waarschijnlijk niets meer terechtkomt. Tenzij Hans daar nog een creatieve oplossing voor weet te bedenken...
Na de afvaart van Frisco en de Annie Laurie is het voorlopig even gedaan met de avonturen Mac, Mur en de dikke Abe. Op de tweede helft van pagina 16 gaan we terug naar het muitereiland, waar Bob, Jan, Hennessey en Jack tussen het gras en het struikgewas verborgen liggen om hun nietsvermoedende aartsvijanden, de muiters Mickey Mouse, Harry en Barney, een ontzettende loer te draaien. Opmerkelijk trouwens, dat Joe niet de enige zieke op het muitereiland is. Ook Barney blijkt namelijk nog steeds last te hebben van de vleeswond die Bob hem in ‘Drie jongens op een onbewoond eiland’ bezorgde.
Zie hier pagina 16:
PAGINA 16a:
1. Tot zijn grote verrassing ziet MacGarrigle Abercrombie terugkeren naar de Frisco met vijftien eilandbewoners bij zich. De mannen dragen gedroogde vis, enkele varkens en copra.
MACGARRIGLE: Heavens! Vijftien man. En nog voedsel ook. Hoe heeft ie dat voor elkaar gekregen?
2. Abercrombie laat de vijftien eilandbewoners met al het voedsel aan boord van de Frisco klimmen. Zelf blijft hij in de sloep zitten en legt uit MacGarrigle uit hoe hij te werk is gegaan.
ABERCROMBIE: Zoals ik al zei, een paar kleine geschenken doen wonderen. Hier heb je je bemanning.
3. MacGarrigle schreeuwt een bevel naar de neger.
MACGARRIGLE: Stook de vuren op. We vertrekken.
4. De Frisco verlaat het rif met de Annie Laurie op sleeptouw. Op de voorgrond gegroet door een aantal eilandbewoners.
MACGARRIGLE (vanaf de Frisco): Volle kracht vooruit! Op naar het volgende eiland!
PAGINA 16b:
1. Totaal van de Willi Waw in de baai. Op de achtergrond het pad van en naar de aanlegplaats van het vlot. Daar liggen Bob en Jan aan de ene kant van het pad en Jack en Hennessey aan de andere kant van het pad verborgen tussen het gras en het struikgewas (ze hoeven hier niet duidelijk in beeld te zijn).
TEKSTBLOK: En zo, de volgende ochtend vroeg…
MICKEY MOUSE (buiten beeld vanaf de Willi Waw): Luilakken. Zou je niet eens wakker worden. Ik zit hier al een half uur te schreeuwen.
2. Harry en Barney ontwaken slaperig. Ze liggen op matrassen op de grond. Mickey Mouse kijkt grommend naar Barney. Hij heeft een roodbaaien hemd aan, aan de hals wijdopen. Tussen het hemd en zijn borsthaar is het heft van zijn mes zichtbaar. Hij draagt het in een lederen schede onder zijn linkerschouder.
MICKEY MOUSE: Of jullie nóóit wakker worden! Hoe is ’t met jouw poot?
BARNEY: Grote berenklauwen! Wat heb ik dorst!
3. Barney vraagt Mickey Mouse slaperig om wat water. Mickey Mouse kijkt hem woedend aan. Harry klimt naar het dek.
BARNEY: Geef es een beetje water, Mikky.
MICKEY MOUSE: !
Vanaf nu dus weer de avonturen van Bob, Jan en Arie, hun Amerikaanse vrienden Joe, Jack en Hennessey en de muiters met wie ze het nu drie albums aan de stok hebben; Mickey Mouse, Harry en Barney.
Tot de volgende keer!