Hoi allemaal! We zijn weer thuis, terug van onze Rotterdamse signeersessie bij Dick Bos. En wat voor een signeersessie! Eén groot feest! Dankzij de promotiecampagne van Arco van Os was onze signeersessie van vandaag al vooraf gegaan door een groot artikel in de krant. En in zo’n geval kan het natuurlijk niet anders of er ligt al een flinke stapel albums klaar voordat de auteurs in kwestie arriveren.
(Foto's: Rob den Houter)
In dit geval twee stapels, want voor het eerst zaten Hans en ik aan twee aparte tafels. Na de traditionele kop koffie zijn we rond twee uur aan de slag gegaan om al die albums van tekst, tekening en handtekening te voorzien. En dat alles wederom in het gezelschap van Caroline en niet te vergeten… Nell.
(Foto's: Rob den Houter)
Ook Ron Streppel, onze uitgever was aanwezig en met hem de giclées die vanmiddag een aantal uren bij Stripwinkel Dick Bos te bewonderen waren en waarvan er zelfs eentje in de etalage prijkte. En meer bekenden bij Dick Bos, zoals collega-schrijfster Wilma Degeling op wiens boekpresentatie ik begin oktober nog te gast was en een flink aantal bekenden en familieleden van Caroline. Maar ook klanten van Dick Bos, die de hele reeks in softcover of hardcover aan iemand anders cadeau wilden doen. Als Sinterklaassurprise, of als verjaardagscadeau. En dankzij die mensen hebben we er na vanmiddag dus opnieuw een aantal nieuwe lezers bij.
(Foto's: Rob den Houter)
Hans is dan ook van twee uur tot vijf uur aan één stuk bezig geweest met het maken van tekeningen in al die albums, die ik even tevoren al van tekst voorzien had.
(Foto: Rob den Houter)
Maar niet zonder hapje en drankje, want tussendoor werden wij, maar ook de bezoekers van Dick Bos, getrakteerd op koffie, cola, spa rood, maar ook op bitterballen gehaktstaafjes en kaassoufflés. Met recht één groot feest dus vanmiddag bij Dick Bos. Een feest dat hopelijk vanavond nog eens dunnetjes over wordt gedaan bij alle lezers die inmiddels weer thuis zijn gekomen met hun nieuwe, gesigneerde Bob Evers albums, en a.s. vrijdag op pakjesavond als de andere albums van vandaag tezamen met de andere Sinterklaascadeaus worden uitgepakt.
Wij hebben sowieso een heel erg leuke middag gehad. Daarom onze hartelijke dank aan iedereen die vanmiddag speciaal voor ons naar Stripwinkel Dick Bos in Rotterdam was gekomen. En in de eerste plaats natuurlijk Henk en Wil en alle andere medewerkers van Stripwinkel Dick Bos voor de uitnodiging en gastvrijheid, Rob dankzij wie we nu al de foto’s op deze blog kunnen plaatsen, en Arco vanwege de fantastische publiciteitscampagne, die ook nog een fotograaf van weer een andere krant naar Dick Bos toe lokte.
(Foto: Rob den Houter)
Een fotoreportage of artikel dat als het goed is, komende week in de omgeving Rotterdam te lezen zal zijn. Maar we gaan ons best doen om jullie, onze vaste bloglezers, daar ook van mee te laten genieten.
Zodat iedereen die het vanmiddag heeft gemist, alsnog een heel klein beetje bij onze Sinterklaas-feestelijke signeersessie bij Stripwinkel Dick Bos in Rotterdam kan zijn.
En nu we toch over Sinterklaas hebben voeg ik daar meteen maar drie Sinterklaasstrips aan toe, waarvan er eentje zelfs een tienjarig jubileum viert.
(Illustratie: Trini Tinturé)
Het verhaal ‘Een speciale surprise’ op bladzijde 4 t/m 11 van de nieuwe Tina, nr 49-2008, werd al eerder gepubliceerd en wel precies tien jaar geleden in Tina 49-1998. Een verhaal vol cadeaus, verwisselde surprises. goede gedichten bij het verkeerde cadeau en andere Sinterklaasverrassingen op scenarios van mij en getekend door één van de beste Spaanse tekenaressen, Trini Tinturé.
En we sluiten af met maar liefst twee Sinterklaasverhalen in de nieuwe Donald Duck, nr 49-2008. Midden in het blad, op bladzijde 22 en 23 vind je een Broer Konijnverhaal, waarin Rein Vos, verkleed als Sinterklaas, niet één maar vier konijnen probeert te verschalken. Alleen hoe komt het toch dat Broer Konijn zijn vermommingen steeds door heeft?
En op bladzijde 39 t/m 42 een Sinterklaasverhaal van de titelheld van het blad, Donald Duck, getekend door de Deense tekenaar Freddy Milton. Een verhaal waarin blijkt dat Guus Geluk te lui is om zelfs maar zijn eigen Sinterklaasverlanglijstje te schrijven en Donald vindt dat Guus alleen al om die reden helemaal geen cadeaus meer zou moeten krijgen. Hoe Sint en Piet deze situatie naar ieders tevredenheid oplossen, lees je deze week in Donald Duck.
Heel fijn weekend allemaal en tot de volgende keer!
zaterdag 29 november 2008
woensdag 26 november 2008
Poppetjes tekenen in Rotterdam: het Sinterklaas-feestelijke slot van de Strijd om het Goudschip- tournee
Stripelmagazine (http://www.stripelmagazine.be/) vermeldde het vorige week al: we gaan dit jaar nog één keer signeren! Speciaal voor pakjesavond zijn Hans en ik a.s. zaterdagmiddag 29 november te gast bij Stripwinkel Dick Bos te Rotterdam. Voor iedereen, inclusief de goedheiligman en zijn Pieten, die nog graag een gesigneerd Bob Evers album wil bemachtigen of dat cadeau wil geven met de feestdagen, zullen we zoveel mogelijk albums voorzien van tekst, tekening en handtekening.
Naast ons nieuwe album “Bob Evers 4: De strijd om het goudschip” hebben we natuurlijk ook alle hardcover en softcover-edities van onze eerdere albums bij ons. Bij ieder album krijg je een gratis boekenlegger cadeau en voor wie dat wil wordt het gesigneerde album verpakt in prachtig Sinterklaaspapier. En mocht je wat langer moeten wachten op een tekening van Hans, dan staat er voor iedereen ook een hapje en drankje klaar. Kortom, we sluiten onze “Strijd om het Goudschip”-tournee feestelijk af bij Stripwinkel Dick Bos. Mis het niet!
Tot ziens bij Dick Bos!
Bob Evers bij “Dick Bos”
Zaterdag 29 november 2008
Van 14.00 uur tot 17.00 uur
Stripwinkel Dick Bos
Burgemeester Baumannlaan 119a
3043 AJ Rotterdam
Info: http://www.stripwinkeldickbos.nl/
Naast ons nieuwe album “Bob Evers 4: De strijd om het goudschip” hebben we natuurlijk ook alle hardcover en softcover-edities van onze eerdere albums bij ons. Bij ieder album krijg je een gratis boekenlegger cadeau en voor wie dat wil wordt het gesigneerde album verpakt in prachtig Sinterklaaspapier. En mocht je wat langer moeten wachten op een tekening van Hans, dan staat er voor iedereen ook een hapje en drankje klaar. Kortom, we sluiten onze “Strijd om het Goudschip”-tournee feestelijk af bij Stripwinkel Dick Bos. Mis het niet!
Tot ziens bij Dick Bos!
Bob Evers bij “Dick Bos”
Zaterdag 29 november 2008
Van 14.00 uur tot 17.00 uur
Stripwinkel Dick Bos
Burgemeester Baumannlaan 119a
3043 AJ Rotterdam
Info: http://www.stripwinkeldickbos.nl/
dinsdag 25 november 2008
Zelf-de-Bob-Evers-strip-maken-3: In de greep van het potlood.
Hoe verleidelijk nu, als binnenkomertje, om te komen met een paar snelle, kant en klare, “HOE TEKEN IK ARIE” receptuurtjes. Drie lijnen zus, drie zo en huppekee! Als een chimpansee uit uit je hoofd leren en dan fijn de blitz ermee maken op kantoor, verjaardagen en in de kroeg. Zou dat nou niks zijn als cursusmateriaal?? Helaaaaas. Zo ga ik het niet doen. Dwars op de tijdgeest enzo, immers, hier bij de Bob Evers-strip. Ik ga deze hele post, als start van alles, heerlijk zeuren over . . . potloodjes.
Niet die dure, marterharen aquarelkwastjes met bijbehorend, handgeschept, glimmend tekenpapier -in speciaalzaken per velletje te koop-, niet de lichtbak of die verstelbare tekentafel, en al helemaal niet die dure computer met z’n kekke randapparatuur en programma’s. Met afstand, écht met afstand, het belangrijkste instrument op deze hele Bob Evers stripstudio is: HET POTLOOD!
Het potlood!!! Uitvinding van die achttiende eeuwse Conté. De opvolger van loodstift en zilverstift. Zo’n gestaafd mengsel van grafiet en pijpaarde, met een houten hulsje erom. Het onopvallende, echter zo nobele, cederhouten toverstokje! Daar wil ik vandaag, met de start van de cursus, met je over beginnen, m’n beste virtuele BE-strip-stagaire. De magie van het potlood en over het vasthouden ervan.
Allereerst wil ik je hier niet meer op deze cyber-studio zien zonder potlood in de hand. Je bent nu geen visite meer! Op deze virtuele studio draagt men ten allen tijde een (echt) potlood bij zich. Ook bij het lezen en bekijken van deze BE-blog gaat dat vanaf nu gelden. Een echte tekenaar voelt zich gewoon naakt zonder z’n potlood. (ik heb mijn potlood op dit moment, terwijl ik dit typ, achter m’n oor. Echt waar!) En dan bedoel ik niet zo’n vulpotlood! Die loodzware krengen zijn voor technisch tekenwerk. Daar kun je niet echt mee spelen, mee gooien, mee acteren. Je kunt er geen sigaret-imitatie mee doen, hij zit niet lekker als nep-snor. Te zwaar en te glad voor het Bob Evers werk. Ik hou niet van vulpotloden. Die zwaarheid komt namelijk ook terecht in je tekenwerk. Ik wil je hier op de studio zien met zo’n echt, ve-der-licht klassiek tekenpotlood. Desnoods eentje met verlengstukje.
Ga je potlood maar even pakken. Dit is geen grapje. Ik wacht wel even.
Zo. Nu dan, met dat potlood, ben namelijk het best in staat de informatie in deze, en toekomstige posts, op het goede niveau, cerebraal te gaan “processen”. Veel van wat ik je de komende maanden namelijk wil gaan duidelijk maken is nogal moeilijk eh . . . verbaal te krijgen. De Nederlandse taal is voor dit soort zaken beperkt. We gaan het hier hebben over allerlei abstractheden. En ik kan het, ben ik bang, straks soms gewoon niet goed vertellen in woorden. De dingen waar het écht om gaat. Ik kan natuurlijk het wel proberen te laten zien en je meteen ook proberen te laten meedenken, maar vanwege dat potlood in de hand, gaat dat straks allemaal hopelijk veel beter lukken. Laat ik proberen mijn theorie uit te leggen. Proefondervindelijk en geheel uit eigen praktijk, hoor!
Met een potlood in de hand kijkt een mens anders. Naar eigen werk, maar óók naar andermans werk. Het in je hersens geplaatste “”tekencentrum” staat door dat stomme potlood als het ware in de “actieve stand”. Al kijk je alleen maar, al lees je alleen maar dit stukje, je hersens registreren toch een soort aktieve deelname! Het aanleren van nieuwe vaardigheden, het aanleggen van nieuwe zenuwbanen in de hersenen zal op een of andere manier, alleen al door het vasthebben van dat stukje tekengerei, iets gemakkelijker gaan. Ikzelf kijk nooit naar m’n eigen werk zonder potlood in de hand. Vertrouw me en ga het proberen!
Het tweede aandachtspunt van deze vandaagse post is de g r e e p . De manier van v a s t h o u d e n van je potlood.
Ik wil je uitdagen om vanaf vandaag eens een beetje te gaan experimenteren met je houding en de manier waarop je je teken-instrument vasthebt. Eens vragen een beetje te gaan spelen met de klassieke “penseelgreep” . De “penseelgreep” is de schrijfgreep waarop we allemaal met een balpen onze naam schrijven. Die penseelgreep geeft geweldig veel controle, maar gek genoeg tamelijk weinig snelheid en schwung. En dus uiteindelijk weinig . . . verrassing.
Ik wil je het volgende voorstellen. Probeer de komende tijd af en toe eens dat potlood wat vlakker op je papier te leggen. Ik wil een kleinere hoek zien tussen tekenvel en potlood. Het ding nu wat meer met de vingertoppen beet te houden, wat verder van je papier te gaan zitten en je arm een klein beetje meer te strekken.
Juist als je je potlood wat verder van je ogen weg houdt wordt het mogelijk dat je motoriek wat grover wordt, wat sneller en daarmee ook wat . . . losser. Bewegen vanuit schouder en elleboog eerder dan vanuit pols. Misschien kun je er zelfs bij gaan staan als je tafel hoog genoeg of verstelbaar is. Ik wil je een klein beetje aan het swingen krijgen. Ik weet dat het stom klinkt, maar ga het nou gewoon bij het opschetsen af en toe een tijdje proberen.
Oké. Wat gaan we dan tekenen?
Rondjes, ovaaltjes, eitjes en cirkeltjes graag. De absolute rockbottom basis van deze hele industrie. Papiersoort onbelangrijk. Ga daar nou weer es mee oefenen, maar nu dan met wat meer variatie in je greep. Juist bij het zetten van die eerste lijnen, het allereerste ruwe opschetsen van een eerste vage ideetje, moet je namelijk proberen lekker los en vrij te zijn. Ik bepleit hier een vederlicht potlood en een losse greep!
Je zult snel zien dat het allemaal een beetje grover gaat dan je misschien zou willen. Dat het nergens op lijkt! Juist dan doe je het goed! Hou het schetsig, hou het een beetje grof. Niet harken! Gooi het er lekker in een keer op! Dit is training, dit is de wedstrijd niet. Lekker ovaaltjes stapelen en er dan gekke poppetjes van maken. De basisdingetjes die je in elke stripcursus op de eerste bladzijde treft, lijkt me hier een prima start.
Niet die dure, marterharen aquarelkwastjes met bijbehorend, handgeschept, glimmend tekenpapier -in speciaalzaken per velletje te koop-, niet de lichtbak of die verstelbare tekentafel, en al helemaal niet die dure computer met z’n kekke randapparatuur en programma’s. Met afstand, écht met afstand, het belangrijkste instrument op deze hele Bob Evers stripstudio is: HET POTLOOD!
Het potlood!!! Uitvinding van die achttiende eeuwse Conté. De opvolger van loodstift en zilverstift. Zo’n gestaafd mengsel van grafiet en pijpaarde, met een houten hulsje erom. Het onopvallende, echter zo nobele, cederhouten toverstokje! Daar wil ik vandaag, met de start van de cursus, met je over beginnen, m’n beste virtuele BE-strip-stagaire. De magie van het potlood en over het vasthouden ervan.
Allereerst wil ik je hier niet meer op deze cyber-studio zien zonder potlood in de hand. Je bent nu geen visite meer! Op deze virtuele studio draagt men ten allen tijde een (echt) potlood bij zich. Ook bij het lezen en bekijken van deze BE-blog gaat dat vanaf nu gelden. Een echte tekenaar voelt zich gewoon naakt zonder z’n potlood. (ik heb mijn potlood op dit moment, terwijl ik dit typ, achter m’n oor. Echt waar!) En dan bedoel ik niet zo’n vulpotlood! Die loodzware krengen zijn voor technisch tekenwerk. Daar kun je niet echt mee spelen, mee gooien, mee acteren. Je kunt er geen sigaret-imitatie mee doen, hij zit niet lekker als nep-snor. Te zwaar en te glad voor het Bob Evers werk. Ik hou niet van vulpotloden. Die zwaarheid komt namelijk ook terecht in je tekenwerk. Ik wil je hier op de studio zien met zo’n echt, ve-der-licht klassiek tekenpotlood. Desnoods eentje met verlengstukje.
Ga je potlood maar even pakken. Dit is geen grapje. Ik wacht wel even.
Zo. Nu dan, met dat potlood, ben namelijk het best in staat de informatie in deze, en toekomstige posts, op het goede niveau, cerebraal te gaan “processen”. Veel van wat ik je de komende maanden namelijk wil gaan duidelijk maken is nogal moeilijk eh . . . verbaal te krijgen. De Nederlandse taal is voor dit soort zaken beperkt. We gaan het hier hebben over allerlei abstractheden. En ik kan het, ben ik bang, straks soms gewoon niet goed vertellen in woorden. De dingen waar het écht om gaat. Ik kan natuurlijk het wel proberen te laten zien en je meteen ook proberen te laten meedenken, maar vanwege dat potlood in de hand, gaat dat straks allemaal hopelijk veel beter lukken. Laat ik proberen mijn theorie uit te leggen. Proefondervindelijk en geheel uit eigen praktijk, hoor!
Met een potlood in de hand kijkt een mens anders. Naar eigen werk, maar óók naar andermans werk. Het in je hersens geplaatste “”tekencentrum” staat door dat stomme potlood als het ware in de “actieve stand”. Al kijk je alleen maar, al lees je alleen maar dit stukje, je hersens registreren toch een soort aktieve deelname! Het aanleren van nieuwe vaardigheden, het aanleggen van nieuwe zenuwbanen in de hersenen zal op een of andere manier, alleen al door het vasthebben van dat stukje tekengerei, iets gemakkelijker gaan. Ikzelf kijk nooit naar m’n eigen werk zonder potlood in de hand. Vertrouw me en ga het proberen!
Het tweede aandachtspunt van deze vandaagse post is de g r e e p . De manier van v a s t h o u d e n van je potlood.
Ik wil je uitdagen om vanaf vandaag eens een beetje te gaan experimenteren met je houding en de manier waarop je je teken-instrument vasthebt. Eens vragen een beetje te gaan spelen met de klassieke “penseelgreep” . De “penseelgreep” is de schrijfgreep waarop we allemaal met een balpen onze naam schrijven. Die penseelgreep geeft geweldig veel controle, maar gek genoeg tamelijk weinig snelheid en schwung. En dus uiteindelijk weinig . . . verrassing.
Ik wil je het volgende voorstellen. Probeer de komende tijd af en toe eens dat potlood wat vlakker op je papier te leggen. Ik wil een kleinere hoek zien tussen tekenvel en potlood. Het ding nu wat meer met de vingertoppen beet te houden, wat verder van je papier te gaan zitten en je arm een klein beetje meer te strekken.
Juist als je je potlood wat verder van je ogen weg houdt wordt het mogelijk dat je motoriek wat grover wordt, wat sneller en daarmee ook wat . . . losser. Bewegen vanuit schouder en elleboog eerder dan vanuit pols. Misschien kun je er zelfs bij gaan staan als je tafel hoog genoeg of verstelbaar is. Ik wil je een klein beetje aan het swingen krijgen. Ik weet dat het stom klinkt, maar ga het nou gewoon bij het opschetsen af en toe een tijdje proberen.
Oké. Wat gaan we dan tekenen?
Rondjes, ovaaltjes, eitjes en cirkeltjes graag. De absolute rockbottom basis van deze hele industrie. Papiersoort onbelangrijk. Ga daar nou weer es mee oefenen, maar nu dan met wat meer variatie in je greep. Juist bij het zetten van die eerste lijnen, het allereerste ruwe opschetsen van een eerste vage ideetje, moet je namelijk proberen lekker los en vrij te zijn. Ik bepleit hier een vederlicht potlood en een losse greep!
Je zult snel zien dat het allemaal een beetje grover gaat dan je misschien zou willen. Dat het nergens op lijkt! Juist dan doe je het goed! Hou het schetsig, hou het een beetje grof. Niet harken! Gooi het er lekker in een keer op! Dit is training, dit is de wedstrijd niet. Lekker ovaaltjes stapelen en er dan gekke poppetjes van maken. De basisdingetjes die je in elke stripcursus op de eerste bladzijde treft, lijkt me hier een prima start.
Meer volgt.
(Oei, bijna vergeten: foto's Caroline van der Lee. )
zaterdag 22 november 2008
Strips, scenario's, plaatjes en witte balken...
Wat zie ik nu? Al vier dagen hetzelfde bericht bovenaan deze blog? En nog steeds geen nieuwe les van Hans. Tja, ik kan het ook niet helpen beste BE-stagiair. Ik dacht ook dat er vandaag nog een nieuwe cursusles zou zijn. Maar het is intussen elf uur ’s avonds en ik denk niet dat we vandaag nog iets hoeven te verwachten. Morgen wellicht. Uit zeer betrouwbare bron weet ik dat Hans al foto’s gemaakt heeft voor de derde les van de cursus Zelf-de-Bob-Evers-strip-tekenen.
Maar wat doen we nu intussen? We kunnen natuurlijk altijd verder gaan waar we dinsdag gebleven waren. Pagina 41 van het scenario van ‘De strijd om het goudschip’. Hier is ie:
PAGINA 41a:
1. Er vliegt een kogel dwars door de lege blusser heen. De blusser schiet van de vuurhaak af.
GELUID VAN DE KOGEL: BANG!
2. De blusser blijft een eind verder op het dek doodstil liggen. MacGarrigle en Arie kijken toe vanachter de deuropening.
MACGARRIGLE: Die is dood!
ARIE: Ik had hem nog zo gewaarschuwd… Maar hij is als een held gestorven.
3. MacGarrigle staart peinzend voor zich uit. Bob komt op een idee.
MACGARRIGLE: We moeten iets hebben om die kerels uit te roken. Een stinkende rook of gas.
BOB: Het ammoniakgas uit de grote koelmachine? Dat blazen we door de ventilatiekokers. Die komen op het brugdek uit.
4. MacGarrigle slaat Bob enthousiast op zijn schouders.
MACGARRIGLE: We zijn er, mijn jongen. Mr. Hennessey houdt hier de wacht, de rest komt met mij mee.
5. MacGarrigle last in de machinekamer de onderkant van de ventilatiekokers dicht met een ronde stalen plaat met schroeftap voor de ammoniaslang. De lichten in de machinekamer zijn weer aan.
MACGARRIGLE: We moeten deze opening luchtdicht afsluiten. Ik zal er een plaat met schroeftap op lassen.
PAGINA 41b:
1. De plaat zit op de ventilatiekoker gelast. MacGarrigle zet de steekvlam van het lasapparaat uit. Bob schroeft de ammoniakslang vast.
MACGARRIGLE: Klaar! Ik heb van mijn leven niet zoveel gelast als vandaag.
2. Bob, Arie en MacGarrigle schrikken van een kogel die dwars door de stalen plaat heen vliegt. De slang kronkelt over de vloer.
GELUID VAN DE KOGEL: BANG!
ARIE, BOB EN MACGARRIGLE: !
3. Arie staart ontredderd naar de vernielde staalplaat. MacGarrigle bekijkt de plaat met vakkundige blik.
ARIE: Die boeven hebben in de ventilatiekoker geschoten!
MACGARRIGLE: Tja, die hebben ons natuurlijk horen praten. We zullen er een nieuwe plaat op moeten zetten.
4. Arie weigert verdere medewerking aan het plan. Bob staart zuchtend voor zich uit.
ARIE: Met de kans dat we ditmaal wél een kogel in onze huid krijgen?... Dank je.
BOB: Zucht! Een prachtig plan naar de haaien.
5. Muriloff en de twee Kanaken zitten in een gang recht onder het brugdek en vlakbij de deur naar het dek. Muriloff legt de twee Kanaken uit hoe ze op het brugdek kunnen komen.
TEKSTBLOK: Op datzelfde moment…
MURILOFF: Die drie schurken zitten hierboven op het brugdek. Ik klim via een van de stangen aan de buitenkant omhoog. Sluipen jullie naar boven waar je dat het beste lijkt.
En hoe zit het nu met die brandblusserscene? Wel, in het scenario wordt die brandblusser eerst nog over het dek geschoven. Niet langer dan één of twee seconden wellicht, maar genoeg om een mooie cliffhanger voor pagina 40 te zijn. Er wordt een vermomde brandblusser over het dek geschoven. Tuinen de muiters erin en zo ja of zo nee, wat zal dan hun reactie zijn?
Het plaatje dat Hans onderaan pagina 40 heeft getekend is in wezen mijn ‘witte balk’ tussen het voorlaatste en het laatste plaatje van pagina 40: Arie pakt de brandblusser aan van McGarrigle. Als cliffhanger minder sterk, maar daarbij moet ik meteen opmerken dat rond de tijd dat deze pagina getekend werd,we natuurlijk allang wisten dat deze strip niet inde krant zou worden gepubliceerd. En ook in het album hoef je de pagina niet om te slaan om te zien hoe het verder gaat.
In de versie van Hans is het verkleden van de brandblusser het witte balkje geworden en wordt het ding meteen neergeschoten, zodra hij in de deuropening verschijnt. Iets dat het effect van het schot op het eerste plaatje van pagina 41 versterkt. Die muiters schieten op alles wat beweegt!
Twee verschillende manieren van vertellen dus. Twee verschillende vertelritmes en het verschil zit het juist in de dingen die we niet laten zien! En dan zijn er mensen die vragen: “ga je ook nog een cursus scenarioschrijven geven?” Maar begin er maar eens aan. Dit is nog maar een scene van drie plaatje met al twee verschillende manieren van vertellen. En er zijn er meer te bedenken om deze zelfde scene goed te vertellen. Al met al kom je dan op duizenden mogelijkheden om een verhaal te vertellen. Zoiets moet op zijn minst een digitale interactieve cursus worden? Of misschien moet die cursus scenarioschrijven wel gaan over de dingen die je juist niet moet doen als je een stripscenario schrijft.
In elk geval zijn er deze week ook weer een tweetal scenario’s van me verstript. We beginnen met Mooie Keetje in Het Kanton van woensdag 19 november, getekend door Dick Heins. Met hoe kan het ook anders, Sinterklaas, als thema. De verjaardag van Sinterklaas wordt in Oosterhout namelijk behoorlijk uitbundig gevierd. En dan zijn er nog de wegwerkzaamheden, waardoor niet alle delen van de stad even goed bereikbaar zijn. Hoe ik een en ander in drie plaatjes gecombineerd heb, lees je deze week in de 80ste Mooie Keetje-strip.
En tot slot is er zoals elke woensdag een nieuw Stripelmagazine te vinden op:
http://www.stripelmagazine.be/ Met daarin deze keer aandacht voor onze speciale Sinterklaas-signeersessie bij Stripwinkel Dick Bos in Rotterdam. A.s. woensdag lees je er alles over in Stripelmagazine. Volg deze link en het artikel verschijnt meteen op je scherm: http://www.stripelmagazine.be/pivot/entry.php?id=2758
Maar vergeet ook niet de andere zeer interessante artikels in dit nieuwe Stripelmagazine te lezen. En Stripelmagazine, heel erg bedankt voor deze extra aandacht voor ons nieuwe album!
Tot de volgende keer!
Maar wat doen we nu intussen? We kunnen natuurlijk altijd verder gaan waar we dinsdag gebleven waren. Pagina 41 van het scenario van ‘De strijd om het goudschip’. Hier is ie:
PAGINA 41a:
1. Er vliegt een kogel dwars door de lege blusser heen. De blusser schiet van de vuurhaak af.
GELUID VAN DE KOGEL: BANG!
2. De blusser blijft een eind verder op het dek doodstil liggen. MacGarrigle en Arie kijken toe vanachter de deuropening.
MACGARRIGLE: Die is dood!
ARIE: Ik had hem nog zo gewaarschuwd… Maar hij is als een held gestorven.
3. MacGarrigle staart peinzend voor zich uit. Bob komt op een idee.
MACGARRIGLE: We moeten iets hebben om die kerels uit te roken. Een stinkende rook of gas.
BOB: Het ammoniakgas uit de grote koelmachine? Dat blazen we door de ventilatiekokers. Die komen op het brugdek uit.
4. MacGarrigle slaat Bob enthousiast op zijn schouders.
MACGARRIGLE: We zijn er, mijn jongen. Mr. Hennessey houdt hier de wacht, de rest komt met mij mee.
5. MacGarrigle last in de machinekamer de onderkant van de ventilatiekokers dicht met een ronde stalen plaat met schroeftap voor de ammoniaslang. De lichten in de machinekamer zijn weer aan.
MACGARRIGLE: We moeten deze opening luchtdicht afsluiten. Ik zal er een plaat met schroeftap op lassen.
PAGINA 41b:
1. De plaat zit op de ventilatiekoker gelast. MacGarrigle zet de steekvlam van het lasapparaat uit. Bob schroeft de ammoniakslang vast.
MACGARRIGLE: Klaar! Ik heb van mijn leven niet zoveel gelast als vandaag.
2. Bob, Arie en MacGarrigle schrikken van een kogel die dwars door de stalen plaat heen vliegt. De slang kronkelt over de vloer.
GELUID VAN DE KOGEL: BANG!
ARIE, BOB EN MACGARRIGLE: !
3. Arie staart ontredderd naar de vernielde staalplaat. MacGarrigle bekijkt de plaat met vakkundige blik.
ARIE: Die boeven hebben in de ventilatiekoker geschoten!
MACGARRIGLE: Tja, die hebben ons natuurlijk horen praten. We zullen er een nieuwe plaat op moeten zetten.
4. Arie weigert verdere medewerking aan het plan. Bob staart zuchtend voor zich uit.
ARIE: Met de kans dat we ditmaal wél een kogel in onze huid krijgen?... Dank je.
BOB: Zucht! Een prachtig plan naar de haaien.
5. Muriloff en de twee Kanaken zitten in een gang recht onder het brugdek en vlakbij de deur naar het dek. Muriloff legt de twee Kanaken uit hoe ze op het brugdek kunnen komen.
TEKSTBLOK: Op datzelfde moment…
MURILOFF: Die drie schurken zitten hierboven op het brugdek. Ik klim via een van de stangen aan de buitenkant omhoog. Sluipen jullie naar boven waar je dat het beste lijkt.
En hoe zit het nu met die brandblusserscene? Wel, in het scenario wordt die brandblusser eerst nog over het dek geschoven. Niet langer dan één of twee seconden wellicht, maar genoeg om een mooie cliffhanger voor pagina 40 te zijn. Er wordt een vermomde brandblusser over het dek geschoven. Tuinen de muiters erin en zo ja of zo nee, wat zal dan hun reactie zijn?
Het plaatje dat Hans onderaan pagina 40 heeft getekend is in wezen mijn ‘witte balk’ tussen het voorlaatste en het laatste plaatje van pagina 40: Arie pakt de brandblusser aan van McGarrigle. Als cliffhanger minder sterk, maar daarbij moet ik meteen opmerken dat rond de tijd dat deze pagina getekend werd,we natuurlijk allang wisten dat deze strip niet inde krant zou worden gepubliceerd. En ook in het album hoef je de pagina niet om te slaan om te zien hoe het verder gaat.
In de versie van Hans is het verkleden van de brandblusser het witte balkje geworden en wordt het ding meteen neergeschoten, zodra hij in de deuropening verschijnt. Iets dat het effect van het schot op het eerste plaatje van pagina 41 versterkt. Die muiters schieten op alles wat beweegt!
Twee verschillende manieren van vertellen dus. Twee verschillende vertelritmes en het verschil zit het juist in de dingen die we niet laten zien! En dan zijn er mensen die vragen: “ga je ook nog een cursus scenarioschrijven geven?” Maar begin er maar eens aan. Dit is nog maar een scene van drie plaatje met al twee verschillende manieren van vertellen. En er zijn er meer te bedenken om deze zelfde scene goed te vertellen. Al met al kom je dan op duizenden mogelijkheden om een verhaal te vertellen. Zoiets moet op zijn minst een digitale interactieve cursus worden? Of misschien moet die cursus scenarioschrijven wel gaan over de dingen die je juist niet moet doen als je een stripscenario schrijft.
In elk geval zijn er deze week ook weer een tweetal scenario’s van me verstript. We beginnen met Mooie Keetje in Het Kanton van woensdag 19 november, getekend door Dick Heins. Met hoe kan het ook anders, Sinterklaas, als thema. De verjaardag van Sinterklaas wordt in Oosterhout namelijk behoorlijk uitbundig gevierd. En dan zijn er nog de wegwerkzaamheden, waardoor niet alle delen van de stad even goed bereikbaar zijn. Hoe ik een en ander in drie plaatjes gecombineerd heb, lees je deze week in de 80ste Mooie Keetje-strip.
(Illustratie: Dick Heins)
Heel wat langer is het verhaal dat sinds afgelopen donderdag in de nieuwe Penny (nr12-2008) te lezen. Het verhaal ‘All you need is pony’s, kerstspecial’ is maar liefst 16 pagina’s lang en in twee delen in de nieuwe Penny gepubliceerd. En ook meteen mijn eerste kerstverhaal van dit jaar.
(Illustratie: © Holco Publications B.V.)
Je vindt het op bladzijde 11 t/m 18 en bladzijde 24 t/m 31. Het idee voor een paarden of ponyvariant van de jaarlijkse ‘All you need is love Christmas Special’ kwam van de redactie van Penny, waarna ik aan de slag ging met de personages en het uiteindelijke verhaal. Bij het schrijven van de plot had ik nog bedacht, dat één van de drie hoofdpersonages, Jessica, kerstmis in Duitsland, maar bij het uitwerken van het scenario bleek ze zo’n sterke wil te hebben, dat ze toch samen met haar vriendinnen op de manege kerstmis viert. Het tv-programma waar het in dit verhaal allemaal om draait had trouwens ook een andere naam: Kerstpony’s. En dat was ook de oorspronkelijke titel van mijn verhaal. Het grappige is dat die naam door een jammer genoeg onbekende, maar geweldig goede en vermoedelijke Spaanse tekenaar (m/v) in het Engels in een van de plaatjes bladzijde 24 is verwerkt en daar ook in de uiteindelijke strip nog steeds te vinden is.
(Illustratie: © Holco Publications B.V.)
En tot slot is er zoals elke woensdag een nieuw Stripelmagazine te vinden op:
http://www.stripelmagazine.be/ Met daarin deze keer aandacht voor onze speciale Sinterklaas-signeersessie bij Stripwinkel Dick Bos in Rotterdam. A.s. woensdag lees je er alles over in Stripelmagazine. Volg deze link en het artikel verschijnt meteen op je scherm: http://www.stripelmagazine.be/pivot/entry.php?id=2758
Maar vergeet ook niet de andere zeer interessante artikels in dit nieuwe Stripelmagazine te lezen. En Stripelmagazine, heel erg bedankt voor deze extra aandacht voor ons nieuwe album!
Tot de volgende keer!
dinsdag 18 november 2008
Vruchten van noeste arbeid
Druk, druk, druk! Ik hoor bijna niets anders bij mijn collega-stripmakers. Zeven dagen per week van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat. Alles uitgestippeld volgens planning. Liefst geen telefoon of mail tussendoor. En al helemaal geen website of blog bijhouden. En hier is het al niet veel beter. Scenario variërend van 1 strookje tot 16 pagina’s, brainstormen over nieuwe verhalen, en sleutelen aan eerste of eerdere versies, alles komt voorbij deze week. Van een sociaal leven is nauwelijks nog sprake en de nieuwe albums als bijvoorbeeld het Mickey Mouse Jubileumalbum met daarin werk van grootheden als Floyd Gottfredson, Carl Barks en Daan Jippes liggen ongeduldig op een stapel te wachten tot ik eindelijk eens tijd heb om ze te lezen. Alleen de tijdschriften met eigen werk erin, wil ik in het allerlaatste avonduurtje nog wel eens oppakken…
Zoals de nieuwe Katrien bijvoorbeeld, nummer 6-2008, al sinds vorige week maandag in de winkel. Met daarin op bladzijde 14 t/m 17 een Duckies verhaal, dat ik zo’n zes jaar geleden samen met collega-scenarist Paul Hoogma schreef. Een verhaal waarin nogal wat af getoverd wordt, niet alleen door de heks Zwarte Magica, maar ook door Katriens nichtjes Lizzy, Juultje en Babetje, als die per ongeluk in het bezit van Magica’s spreukenboek komen.
Hiernaast zie je de tweede pagina van het scenario. Bijna helemaal zelf geschetst, behalve geldpakhuis en die schildpad. Die zijn door Paul gedaan. Geen idee meer waarom hij juist die twee items op deze pagina voor zijn rekening nam. En waarom heb ik die pagina eigenlijk uit handen gegeven? Of was ik even de broodnodige koffie zetten, terwijl Paul de finishing touch voor deze pagina voor zijn rekening nam? Ik weet het echt niet meer.
Hoe dan ook, dit verhaal is nadien getekend door de Spaanse Comicup Studio en werd al eerder gepubliceerd in Katrien 6-2002.
En dan is afgelopen donderdag ook weer de nieuwe Ernst, Bobbie en de Rest verschenen. Een nummer dat helemaal gewijd is aan de man die sinds zaterdag weer te gast in de lage landen: Sinterklaas!
(Illustratie: Piet Voordes)
Met o.a. een interview met Sinterklaas, spelletjes, een schoenzetposter, een Sinterklaasprijsvraag, Sinterklaasrecepten, een gratis dominospel en natuurlijk een gloednieuwe strip, getekend door Piet Voordes (http://www.pietvoordes.nl/) op scenario van mij.
Zoals de nieuwe Katrien bijvoorbeeld, nummer 6-2008, al sinds vorige week maandag in de winkel. Met daarin op bladzijde 14 t/m 17 een Duckies verhaal, dat ik zo’n zes jaar geleden samen met collega-scenarist Paul Hoogma schreef. Een verhaal waarin nogal wat af getoverd wordt, niet alleen door de heks Zwarte Magica, maar ook door Katriens nichtjes Lizzy, Juultje en Babetje, als die per ongeluk in het bezit van Magica’s spreukenboek komen.
Hiernaast zie je de tweede pagina van het scenario. Bijna helemaal zelf geschetst, behalve geldpakhuis en die schildpad. Die zijn door Paul gedaan. Geen idee meer waarom hij juist die twee items op deze pagina voor zijn rekening nam. En waarom heb ik die pagina eigenlijk uit handen gegeven? Of was ik even de broodnodige koffie zetten, terwijl Paul de finishing touch voor deze pagina voor zijn rekening nam? Ik weet het echt niet meer.
Hoe dan ook, dit verhaal is nadien getekend door de Spaanse Comicup Studio en werd al eerder gepubliceerd in Katrien 6-2002.
En dan is afgelopen donderdag ook weer de nieuwe Ernst, Bobbie en de Rest verschenen. Een nummer dat helemaal gewijd is aan de man die sinds zaterdag weer te gast in de lage landen: Sinterklaas!
(Illustratie: Piet Voordes)
Met o.a. een interview met Sinterklaas, spelletjes, een schoenzetposter, een Sinterklaasprijsvraag, Sinterklaasrecepten, een gratis dominospel en natuurlijk een gloednieuwe strip, getekend door Piet Voordes (http://www.pietvoordes.nl/) op scenario van mij.
Een verhaal waarin Ernst en Bobbie géén cadeautjes in hun schoen krijgen en alle andere kinderen wel. Hoe dat zit, lees je deze maand in de nieuwe Ernst, Bobbie en de rest (nr 7-2008). Meer info over dit nieuwe Ernst en Bobbie magazine vind je op: http://www.zpress-magazines.nl/uitgave/13_ernst_en_bobbie_magazine.
En last but not least ligt natuurlijk ook het nieuwe Bob Evers album “De strijd om het goudschip” in steeds meer winkels . Tot en met pagina 39 heb je intussen het scenario mee kunnen lezen. En hier is dan, na bijna twee weken wachten, als teaser voor diegenen die nog steeds niet weten wat ze aan de goedheiligman moeten vragen, pagina 40.
PAGINA 40a:
1. Bob, Arie, Hennessey en MacGarrigle ploffen plat op de grond. De twee Kanaken verschuilen zich in de kooien.
HENNESSEY: Die boeven op de brug hebben het licht van onze lantaarns gezien. Die weten nu dat hier iemand zit.
MACGARRIGLE: Ze kunnen even goed denken, dat die Kanaken een zaklantaarn gevonden hebben.
2. Hennessey kijkt naar de houten deur van het vooronder. Arie zit met gekruiste benen in een kooi en draait het ene blik na het andere open.
HENNESSEY: We moeten in elk geval die deur eruit hebben, zodat we op het dek kunnen komen, als het nodig is. Maar hoe?
ARIE: Waarom niet met een snijbrander?
3. Arie legt zijn plan uit. De anderen kijken hem bewonderend aan.
ARIE: Je gaat plat op je buik liggen, achter een flinke plaat staal, naast deur, brander opzij, en klaar is Kees.
BOB: Het ei van Columbus!
4. Er staan twee stalen platen rechtop tegen de zijwanden naast de deur. Achter de een zit MacGarrigle met de twee hogedrukcilinder, achter de andere Hennessey en Bob met hun rug tegen de plaat aan. Arie steunt met zijn rug tegen Bobs knieën en eet een blik worstjes leeg.
MacGarrigle brandt een gat in de deur en steekt daar de brander doorheen. De meeste rook spuit aan de buitenkant van de deur omhoog. De neger, de Chinees en de twee Kanaken zijn ook aanwezig in het vooronder.
TEKSTBLOK: Vijf minuten later…
MACGARRIGLE: Daar gaat-ie! Let op!
PAGINA 40b:
1. Een brandend stuk hout dat door een kogel is geraakt, zo groot als een handpalm, vliegt uit de deur en ploft op de grond in het vooronder. De kogel komt van schuin boven.
GELUID VAN DE KOGEL EN HET STUK HOUT: FLANG!
BOB: !
2. Hennessey blust de brandende deur met een schuimblusser. Bob berekent aan de hand van de baan van de kogel waar de muiters moeten zitten. Arie drijft de spot met zijn redenering
BOB: Ze schieten van de brug. De kogel kwam schuin van boven.
ARIE: Goed hersenwerk, Sherlock Holmes.
3. MacGarrigle draait de kranen dicht, waardoor de steekvlam met een knal dooft. Hennessey gooit de brandblusser opzij.
GELUID VAN HET DOVEN VAN DE VLAM: KNAL!
MACGARRIGLE: Sla die deur in stukken!
4. Hennessey slaat het restant van de deur in stukken, waardoor een rechthoekig, splinterig gat ontstaat. Bob tuurt naar buiten over het voordek, waar de rook op begint te trekken.
GELUID VAN DE SLAGEN VAN HENNESSEY: KRAAK! KRAK!
BOB: Ik had er een lief ding voorover als we kans zagen heelhuids het voordek over te komen, naar de brug toe.
5. Arie schuift de brandblusser, voorzien van een oude zeemansjas en pet met behulp van een vuurhaak langzaam het dek op.
ARIE: Zullen we eens kijken of we ze tuk kunnen nemen?
Een spannende scene waarin onze helden er ondanks de schietgrage muiters in slagen de deur open te krijgen en zo weer een stapje dichter bij de verovering van de Frisco komen. En waar opnieuw MacGarrigle en zijn lasbrander een cruciale rol spelen bij de plannen van Arie.
Maar let nu eens op het laatste plaatje. Hier zie je duidelijk dat Hans is afgeweken van het scenario. In mijn plaatje 5 schuift die verklede brandblusser al over het dek. Hans laat in zijn tekening echter het moment zien dat Arie de brandblusser over wil pakken van Hennessey. En geen oude zeemansjas of pet te bekennen.
Wie ons nieuwe album al heeft kan nu meteen op pagina 41 van ons verhaal gaan kijken, hoe Hans dat met die zeemansjas en pet dan heeft opgelost. En je kan misschien meteen ook het verschil in vertelritme bekijken tussen de oplossing van Hans en mijn oorspronkelijke scenarioscene. Dan moet ik er wel even bij zeggen dat de eerste plaatjes van de volgende pagina weer wel volgens scenario getekend zijn. Maar goed, daar ga ik het bij de volgende scenariopagina wat uitgebreider over hebben. Dan kom ik ook terug op de vertelritme.
Nu weer vlug verder met nieuwe stripscenario’s. Want tja, druk, druk, druk…
Wordt vervolgd…
En last but not least ligt natuurlijk ook het nieuwe Bob Evers album “De strijd om het goudschip” in steeds meer winkels . Tot en met pagina 39 heb je intussen het scenario mee kunnen lezen. En hier is dan, na bijna twee weken wachten, als teaser voor diegenen die nog steeds niet weten wat ze aan de goedheiligman moeten vragen, pagina 40.
PAGINA 40a:
1. Bob, Arie, Hennessey en MacGarrigle ploffen plat op de grond. De twee Kanaken verschuilen zich in de kooien.
HENNESSEY: Die boeven op de brug hebben het licht van onze lantaarns gezien. Die weten nu dat hier iemand zit.
MACGARRIGLE: Ze kunnen even goed denken, dat die Kanaken een zaklantaarn gevonden hebben.
2. Hennessey kijkt naar de houten deur van het vooronder. Arie zit met gekruiste benen in een kooi en draait het ene blik na het andere open.
HENNESSEY: We moeten in elk geval die deur eruit hebben, zodat we op het dek kunnen komen, als het nodig is. Maar hoe?
ARIE: Waarom niet met een snijbrander?
3. Arie legt zijn plan uit. De anderen kijken hem bewonderend aan.
ARIE: Je gaat plat op je buik liggen, achter een flinke plaat staal, naast deur, brander opzij, en klaar is Kees.
BOB: Het ei van Columbus!
4. Er staan twee stalen platen rechtop tegen de zijwanden naast de deur. Achter de een zit MacGarrigle met de twee hogedrukcilinder, achter de andere Hennessey en Bob met hun rug tegen de plaat aan. Arie steunt met zijn rug tegen Bobs knieën en eet een blik worstjes leeg.
MacGarrigle brandt een gat in de deur en steekt daar de brander doorheen. De meeste rook spuit aan de buitenkant van de deur omhoog. De neger, de Chinees en de twee Kanaken zijn ook aanwezig in het vooronder.
TEKSTBLOK: Vijf minuten later…
MACGARRIGLE: Daar gaat-ie! Let op!
PAGINA 40b:
1. Een brandend stuk hout dat door een kogel is geraakt, zo groot als een handpalm, vliegt uit de deur en ploft op de grond in het vooronder. De kogel komt van schuin boven.
GELUID VAN DE KOGEL EN HET STUK HOUT: FLANG!
BOB: !
2. Hennessey blust de brandende deur met een schuimblusser. Bob berekent aan de hand van de baan van de kogel waar de muiters moeten zitten. Arie drijft de spot met zijn redenering
BOB: Ze schieten van de brug. De kogel kwam schuin van boven.
ARIE: Goed hersenwerk, Sherlock Holmes.
3. MacGarrigle draait de kranen dicht, waardoor de steekvlam met een knal dooft. Hennessey gooit de brandblusser opzij.
GELUID VAN HET DOVEN VAN DE VLAM: KNAL!
MACGARRIGLE: Sla die deur in stukken!
4. Hennessey slaat het restant van de deur in stukken, waardoor een rechthoekig, splinterig gat ontstaat. Bob tuurt naar buiten over het voordek, waar de rook op begint te trekken.
GELUID VAN DE SLAGEN VAN HENNESSEY: KRAAK! KRAK!
BOB: Ik had er een lief ding voorover als we kans zagen heelhuids het voordek over te komen, naar de brug toe.
5. Arie schuift de brandblusser, voorzien van een oude zeemansjas en pet met behulp van een vuurhaak langzaam het dek op.
ARIE: Zullen we eens kijken of we ze tuk kunnen nemen?
Een spannende scene waarin onze helden er ondanks de schietgrage muiters in slagen de deur open te krijgen en zo weer een stapje dichter bij de verovering van de Frisco komen. En waar opnieuw MacGarrigle en zijn lasbrander een cruciale rol spelen bij de plannen van Arie.
Maar let nu eens op het laatste plaatje. Hier zie je duidelijk dat Hans is afgeweken van het scenario. In mijn plaatje 5 schuift die verklede brandblusser al over het dek. Hans laat in zijn tekening echter het moment zien dat Arie de brandblusser over wil pakken van Hennessey. En geen oude zeemansjas of pet te bekennen.
Wie ons nieuwe album al heeft kan nu meteen op pagina 41 van ons verhaal gaan kijken, hoe Hans dat met die zeemansjas en pet dan heeft opgelost. En je kan misschien meteen ook het verschil in vertelritme bekijken tussen de oplossing van Hans en mijn oorspronkelijke scenarioscene. Dan moet ik er wel even bij zeggen dat de eerste plaatjes van de volgende pagina weer wel volgens scenario getekend zijn. Maar goed, daar ga ik het bij de volgende scenariopagina wat uitgebreider over hebben. Dan kom ik ook terug op de vertelritme.
Nu weer vlug verder met nieuwe stripscenario’s. Want tja, druk, druk, druk…
Wordt vervolgd…
zaterdag 15 november 2008
Zelf-de-Bob-Eversstrip-tekenen-2: Voorwoord, Inleiding, Verantwoording en Inhoudsopgave.
WAT? Alweer een week voorbij? Is daar m’n BE-stagaire weer, hongerig naar stripkennis? Wacht, ik maak dit inktlijntje nog even af en . . . Zo, gedaan.
Weetjewat? Laat ons even BE-spiegelen met een lekker kopje koffie bezijden de tekentafel! Hmm, misschien is dit nu, zo aan het begin van deze serie “BE-tips-en-trucs-posts”, een mooi moment om, naast voorwoordje en het voorgestelde stageprogram, in deze post ook maar es de “geloofsbrieven” van deze tekenaar te overhandigen. Mijn kijk op vak en toekomst. Even verantwoorden. Even een beetje bomen. Dat je meteen wel even weet wie je hier tegenover je hebt.
Soms hoor ik het mezelf zeggen, tegen weer een blozende jongeling --op een beurs duiken ze namelijk soms opeens op, tussen de bebaarde dedicase-jagers, schetsboekje onder de arm, angstig op zoek naar mijn oordeel over het eigen werk-- dan hoor ik mezelf zeggen: “Bijna alles wat je weten moet over het striptekenvak, beste vriend , kan ik je in een middagje vertellen . . . voor het restje moet je dan alleen nog een jaar of tien oefenen “
Okee, het is gechargeerd, en ik heb het er hier eerder over gehad, maar het vormt in essentie m’n kijk op dit vak. De tips en trucs die je hier de komende maanden bijeen kan sprokkelen, zijn van weinig waarde op zichzelf. Ik kan hier (wees gerust Frank) zonder enig probleem al het BE-tafelzilver wegschenken. Heb je bijna niks aan. Net als bij kunstbiljarten, cellospelen en voetballen namelijk, bestaat professioneel striptekenen, naar mijn mening, uit het slim gebruiken van moeizaam aangeleerde v a a r d i g h e d e n.! Ik geloof erg in oefenen!
Oei, dat kwam vast hard aan. Ben je er nog? Hou je vast, het wordt nog erger.
Wat mij betreft is er voor iedereen, iedere stripmaker, een plaatsje onder de zon, hoor. Ik maak niet uit wat leuk en goed is in stripland. Ik ben alleen, net als de meeste mensen, een beetje ondemocratisch in m’n eigen particuliere voorkeuren. Ik hou namelijk van . . . echte tekenaars. Van vaklui. Ik hou van kennis en inzicht en ervaring en grafische intelligentie in een tekening. Allemaal dingen die ik ook graag zou willen zien in m’n eigen werk. Ik geloof, in dit vak, eigenlijk niet zo in spontaniteit. Strip is namelijk geen spontaan medium. Natuurlijk, een tekening kan er wel spontaan uitzien, maar zelfs achter de meest losse en eenvoudige lijnen voelen de meeste mensen meteen of er een wereld van kennis zit, of een stuntelende, kokette aansteller. “Spontaniteit’’ is sowieso het meest misbruikte woord in onze taal.
Ik besef dat ik hiermee scherp inga tegen de tijdgeest. De Bob Evers Strip is daarom, wat mij betreft, koppig en trots anticyclisch. Waar veel collega’s nerveus de trends achterna tekenen, moet onze strip authentiek “slow-comic” zijn. Met hopelijk wat ouderwets vakmanschap en geheel met de hand geproduceerd in eigen regio. . .
Zo dat heb ik gezegd. Voor het stageprogram stel ik vooralsnog de volgende indeling voor. Ik denk niet meteen aan een super-systematische cursus-opbouw, hoor, van dat soort tekencursussen zijn er al een heleboel. Ik wil het allemaal veel meer kneden rond de alledaagse praktijk van deze tekenstudio. Echt een soort stage. Wat me meteen te binnen schiet zijn volgende zaken:
Module 1: Potlood:
Dokumentatie, gereedschappen en formaten, shots, gezichtspunten, kadrering, perspectief, anatomie, montage, thumbnails, effecten, acteren, compositie
Module 2: Inkt:
Materialen, inkt-technieken, lijnprincipes.
Module 3: Kleur:
Inkleuren met Photoshop.
Onderstaande literatuur wordt bekend verondersteld.
Haha, nee, hoor. Ik ga er wel een en ander uit scannen, om diverse basisdingetjes duidelijk te maken. Misschien is het trouwens ook wel leuk om op toekomstige signeersessies een uurtje in te ruimen voor een soort "map-besprekingen". Een spreekuurtje waarop jij, BE-stagaire, even in het echt langs komt met je materiaal en dat ik m'n gedachten daarover es laat gaan. Lijkt je dat wat?
Voor de volgende keer meebrengen: Schetsblokje en zacht potlood. Volgende keer we namelijk echt tekenen.
Weetjewat? Laat ons even BE-spiegelen met een lekker kopje koffie bezijden de tekentafel! Hmm, misschien is dit nu, zo aan het begin van deze serie “BE-tips-en-trucs-posts”, een mooi moment om, naast voorwoordje en het voorgestelde stageprogram, in deze post ook maar es de “geloofsbrieven” van deze tekenaar te overhandigen. Mijn kijk op vak en toekomst. Even verantwoorden. Even een beetje bomen. Dat je meteen wel even weet wie je hier tegenover je hebt.
Soms hoor ik het mezelf zeggen, tegen weer een blozende jongeling --op een beurs duiken ze namelijk soms opeens op, tussen de bebaarde dedicase-jagers, schetsboekje onder de arm, angstig op zoek naar mijn oordeel over het eigen werk-- dan hoor ik mezelf zeggen: “Bijna alles wat je weten moet over het striptekenvak, beste vriend , kan ik je in een middagje vertellen . . . voor het restje moet je dan alleen nog een jaar of tien oefenen “
Okee, het is gechargeerd, en ik heb het er hier eerder over gehad, maar het vormt in essentie m’n kijk op dit vak. De tips en trucs die je hier de komende maanden bijeen kan sprokkelen, zijn van weinig waarde op zichzelf. Ik kan hier (wees gerust Frank) zonder enig probleem al het BE-tafelzilver wegschenken. Heb je bijna niks aan. Net als bij kunstbiljarten, cellospelen en voetballen namelijk, bestaat professioneel striptekenen, naar mijn mening, uit het slim gebruiken van moeizaam aangeleerde v a a r d i g h e d e n.! Ik geloof erg in oefenen!
Oei, dat kwam vast hard aan. Ben je er nog? Hou je vast, het wordt nog erger.
Wat mij betreft is er voor iedereen, iedere stripmaker, een plaatsje onder de zon, hoor. Ik maak niet uit wat leuk en goed is in stripland. Ik ben alleen, net als de meeste mensen, een beetje ondemocratisch in m’n eigen particuliere voorkeuren. Ik hou namelijk van . . . echte tekenaars. Van vaklui. Ik hou van kennis en inzicht en ervaring en grafische intelligentie in een tekening. Allemaal dingen die ik ook graag zou willen zien in m’n eigen werk. Ik geloof, in dit vak, eigenlijk niet zo in spontaniteit. Strip is namelijk geen spontaan medium. Natuurlijk, een tekening kan er wel spontaan uitzien, maar zelfs achter de meest losse en eenvoudige lijnen voelen de meeste mensen meteen of er een wereld van kennis zit, of een stuntelende, kokette aansteller. “Spontaniteit’’ is sowieso het meest misbruikte woord in onze taal.
Ik besef dat ik hiermee scherp inga tegen de tijdgeest. De Bob Evers Strip is daarom, wat mij betreft, koppig en trots anticyclisch. Waar veel collega’s nerveus de trends achterna tekenen, moet onze strip authentiek “slow-comic” zijn. Met hopelijk wat ouderwets vakmanschap en geheel met de hand geproduceerd in eigen regio. . .
Zo dat heb ik gezegd. Voor het stageprogram stel ik vooralsnog de volgende indeling voor. Ik denk niet meteen aan een super-systematische cursus-opbouw, hoor, van dat soort tekencursussen zijn er al een heleboel. Ik wil het allemaal veel meer kneden rond de alledaagse praktijk van deze tekenstudio. Echt een soort stage. Wat me meteen te binnen schiet zijn volgende zaken:
Module 1: Potlood:
Dokumentatie, gereedschappen en formaten, shots, gezichtspunten, kadrering, perspectief, anatomie, montage, thumbnails, effecten, acteren, compositie
Module 2: Inkt:
Materialen, inkt-technieken, lijnprincipes.
Module 3: Kleur:
Inkleuren met Photoshop.
Onderstaande literatuur wordt bekend verondersteld.
Haha, nee, hoor. Ik ga er wel een en ander uit scannen, om diverse basisdingetjes duidelijk te maken. Misschien is het trouwens ook wel leuk om op toekomstige signeersessies een uurtje in te ruimen voor een soort "map-besprekingen". Een spreekuurtje waarop jij, BE-stagaire, even in het echt langs komt met je materiaal en dat ik m'n gedachten daarover es laat gaan. Lijkt je dat wat?
Voor de volgende keer meebrengen: Schetsblokje en zacht potlood. Volgende keer we namelijk echt tekenen.
woensdag 12 november 2008
Brabant Strip Magazine interview
De termijn voor de Bob Evers prijsvraag is verstreken, de prijswinnende door Hans en mij gesigneeerde albums verstuurd en het nieuwste nummer van Brabant Strip Magazine, nummer 161, is intussen bij alle leden van Brabant Strip in de bus gevallen.
Aan de prijsvraag kun je helaas niet meer meedoen, maar hopelijk doen we toch een groot een plezier met dit interview, beste bloglezer.
Met trots en met speciale dank aan Joop Schreurs presenteren we dan ook: het Bob Evers interview uit Brabant Strip Magazine 160.
Aan de prijsvraag kun je helaas niet meer meedoen, maar hopelijk doen we toch een groot een plezier met dit interview, beste bloglezer.
Brabant Strip Magazine heeft overigens al twee keer een interview rond Bob Evers gepubliceerd. Het allereerste artikel stond in Brabant Strip Magazine 128, het tweede in nummer 140 en ook die beide keren werden we geinterviewd door Brabant Strip-reporter Joop Schreurs (http://www.joopschreurs.nl/)
Helaas zijn deze nummers en ook nummer 160 niet los in de winkel te koop. Maar voor 20 euro per jaar ben je al lid van Brabant Strip (http://www.brabantstrip.be/), krijg je 10 nummers van Brabant Strip Magazine van 2008, inclusief het Bob Evers nummer, het stripblad P@per en het vakantie-album (zolang de voorraad strekt), gratis thuisgestuurd.
Heel veel plezier tot de volgende keer!
maandag 10 november 2008
Bob Evers in Sint-Truiden en andere verhalen
Het is gelukt, beste bloglezer! Dat wat de vorige keer in Belgie niet lukte, de tekenaar op de signeersessie zien te krijgen, is nu wel gelukt. Hans was er in Sint-Truiden! Om dat voor elkaar te krijgen hebben het openbaar vervoer gelaten voor wat het was en hebben we gekozen voor... de auto! Caroline achter het stuur, Hans als bijrijder, Nell mee, nog twee snelle koppen koffie in Breda, alvorens de Nederlands-Belgische grens over te steken en daarna via Antwerpen en Hasselt naar Sint-Truiden.
Veel van Belgie gezien onderweg, vooral vanaf de snelweg. Antwerpen, De Kempen, Belgisch Limburg. En uiteindelijk een bordje: Sint-Truiden, 15 km. Rond kwart voor één arriveerden we bij de sporthal KCST, waar de eerste Stripbeurs van Sint-Truiden al volop bezoekers trok.
(Foto: Saskia Janssen)
Iets beter is de one-pager op bladzijde 45 van het album. Deze is namelijk autobiografisch en daardoor zijn het ook mijn emoties en ergernissen die via Oom Dagobert op de lezer geprojecteerd worden.
Veel van Belgie gezien onderweg, vooral vanaf de snelweg. Antwerpen, De Kempen, Belgisch Limburg. En uiteindelijk een bordje: Sint-Truiden, 15 km. Rond kwart voor één arriveerden we bij de sporthal KCST, waar de eerste Stripbeurs van Sint-Truiden al volop bezoekers trok.
Na weer een kop koffie en een lekker stuk taart zijn we zo rond kwart over één onze albums gaan signeren. Eerst alleen in het gezelschap van Caroline en Nell, later ook dat van onze Belgische collega Kim Duchateau.
Weinig bekende gezichten op deze stripbeurs, maar daarentegen wel veel bezoekers uit Sint-Truiden zelf of andere plaatsen in Belgisch Limburg en zelfs uit de omgeving van Maastricht. Mensen die de Bob Evers stripserie al kenden, of vroeger de Bob Evers boeken van Willy van der Heiden gelezen hadden, maar ook flink wat nieuwe lezers, die twee, drie of zelfs vijf van onze albums tegelijk kochten. Ons nieuwste album ‘De strijd om het goudschip’ was rond half drie zowel in softcover als hardcover uitverkocht. En een kwartier voor het einde van de beurs ging werd ook het laatste exemplaar van de softcover van album 3 ‘Drie jongens op een onbewoond eiland’ verkocht.
Zo zijn we uiteindelijk, en Hans in het bijzonder, tot kwart over vier (een kwartier na het officiële einde van de beurs) bezig geweest met het signeren van vooral de eerdere delen van de Bob Evers stripserie. We hopen maar dat iedereen die ons nieuwe album gisteren op de Stripbeurs van Sint-Truiden is misgelopen dat alsnog in de winkel te pakken krijgt.
Het was hoe dan ook voor ons weer een zeer enerverend dagje. Veel gereisd, veel van Belgie gezien en veel gesigneerd in die drie uur.
Hartelijk bedankt iedereen die al dan niet speciaal voor Bob Evers naar Sint-Truiden is gekomen en hartelijk bedankt voor het vertrouwen in onze stripreeks. En in het bijzonder wil ik dan nog even Chris Menten en zijn familie bedanken voor de uitnodiging en gastvrijheid, inclusief alle koffie, cola, taart en broodjes, op de eerste Stripbeurs van Sint-Truiden.
Het was hoe dan ook voor ons weer een zeer enerverend dagje. Veel gereisd, veel van Belgie gezien en veel gesigneerd in die drie uur.
Hartelijk bedankt iedereen die al dan niet speciaal voor Bob Evers naar Sint-Truiden is gekomen en hartelijk bedankt voor het vertrouwen in onze stripreeks. En in het bijzonder wil ik dan nog even Chris Menten en zijn familie bedanken voor de uitnodiging en gastvrijheid, inclusief alle koffie, cola, taart en broodjes, op de eerste Stripbeurs van Sint-Truiden.
(Foto: Saskia Janssen)
Behalve de verschillende Bob Evers albums hebben Hans en ik ook nog één Donald Duck album gesigneerd. Een album uit de Lecturama-serie met uitsluitend verhalen van Carl Barks. Een hele eer om daar iets in te mogen schrijven en tekenen. En dat brengt me dan ook meteen bij het wekelijkse overzicht van de andere gepubliceerde strips.
We beginnen met Mooie Keetje. Na een paar weken van afwezigheid stond ze deze week weer in het Kanton. Een maand geleden had ik al de 78ste aflevering van Mooie Keetje geschreven, met als onderwerp (hoe kan het ook anders?) de kredietcrisis, die ook zijn weerslag op de horeca leek te hebben. Maar om de een of andere reden is deze aflevering (nog) niet gepubliceerd.
We beginnen met Mooie Keetje. Na een paar weken van afwezigheid stond ze deze week weer in het Kanton. Een maand geleden had ik al de 78ste aflevering van Mooie Keetje geschreven, met als onderwerp (hoe kan het ook anders?) de kredietcrisis, die ook zijn weerslag op de horeca leek te hebben. Maar om de een of andere reden is deze aflevering (nog) niet gepubliceerd.
(Illustratie: Dick Heins)
Aflevering 79 werd een onbedoeld vervolg daarop vanwege de vraag op welke bank de lagere overheden en dus ook de gemeente Oosterhout haar geld gezet had. Die aflevering vind je dus deze week in nieuwe Het Kanton, met als datum woensdag 5 november 2008.
Van de weekkrant gaan we naar de stripalbums. In het nieuwste album uit de 50-reeks, deel 12: 50 goedkope streken van Oom Dagobert vind je twee heel oude one-pagers van me.
Van de weekkrant gaan we naar de stripalbums. In het nieuwste album uit de 50-reeks, deel 12: 50 goedkope streken van Oom Dagobert vind je twee heel oude one-pagers van me.
(Illustratie: Daniel Branca, © Disney)
Beiden uit 1991, het prille begin van het scenarioschrijven. De tijd van moeizame leerproces, te weinig zelfkritiek, te veel gele plakkers met commentaar op m’n scenario’s en een driedaags flutbaantje naast het schrijfwerk om toch een volwaardig maandinkomen bij elkaar te schrapen.
De eerste one-pager, op bladzijde 14 van dit album, is in wezen een verstripte mop die begin jaren 90 nogal populair was. Het enige dat ik in deze Duckversie,voor mijn gevoel, echt goed heb gedaan, is het extraatje op plaatje 2 gebruik maken van het karakter van Dagobert Duck.
En hoewel de grap als geheel best goed bij Dagobert past, is dat plaatje eigenlijk toch het enige op deze pagina waar de plot wat uitgediept is.
En hoewel de grap als geheel best goed bij Dagobert past, is dat plaatje eigenlijk toch het enige op deze pagina waar de plot wat uitgediept is.
(Illustraties: Sander Gulien, © Disney)
Iets beter is de one-pager op bladzijde 45 van het album. Deze is namelijk autobiografisch en daardoor zijn het ook mijn emoties en ergernissen die via Oom Dagobert op de lezer geprojecteerd worden.
In het kader van Hans’ cursus ‘Zelf de Bob Evers strip tekenen’ misschien een goede tip voor beginnende scenarioschrijvers: gebruik je eigen ervaringen en vooral je eigen emoties om verhalen te vertellen. Dat levert altijd meer kwaliteit op dan het verstrippen van ‘andermans verhaaltje’.
Beide onepagers zou ik waarschijnlijk nu voor een groot deel anders vertellen en misschien zou de eerste zelfs niet eens meer de toets der kritiek doorstaan. Maar ja, het hoort er allemaal bij. Je moet tenslotte ergens beginnen en van daaruit je talent en meer nog je techniek verder zien te ontwikkelen. Twee van die prille stapjes uit de beginjaren nu dus in het album: 50 goedkope streken van Oom Dagobert.
Beide onepagers zijn trouwens getekend door de Nederlandse tekenaar Sander Gulien en werden eerder gepubliceerd op de achterkant van respectievelijk Donald Duck 10-2001 en Donald Duck 41-2001.
Heel veel plezier en tot de volgende keer!
Beide onepagers zou ik waarschijnlijk nu voor een groot deel anders vertellen en misschien zou de eerste zelfs niet eens meer de toets der kritiek doorstaan. Maar ja, het hoort er allemaal bij. Je moet tenslotte ergens beginnen en van daaruit je talent en meer nog je techniek verder zien te ontwikkelen. Twee van die prille stapjes uit de beginjaren nu dus in het album: 50 goedkope streken van Oom Dagobert.
Beide onepagers zijn trouwens getekend door de Nederlandse tekenaar Sander Gulien en werden eerder gepubliceerd op de achterkant van respectievelijk Donald Duck 10-2001 en Donald Duck 41-2001.
Heel veel plezier en tot de volgende keer!
vrijdag 7 november 2008
Zelf-de-Bob-Evers-strip-tekenen 1: WELKOM op de STUDIO
Welkom, welkom, hartelijk welkom bovenstebeste BE-stagaire! M'n eigen BE-AIO! Daar ben je dan! Voor de BE-stripcursus! Voor de BE-stage! Je enthousiasme is hartverwarmend! Was het een beetje gemakkelijk te vinden? Jaja, het is boven. De Bob Evers studio is op de bovenverdieping. Loop maar gelijk even mee. Die Nell doet niets, hoor. Koffie?
Nou, dit is het dan. Dit is de BE-strip-cockpit. In de top van het huis, onder de pannen, daar gebeurt het. Daar zijn ze allemaal getekend, je Bob Evers albums. Tekentafeltje in de dakkapel. Computertje rechts, lichtbak links. Uitzicht over de vriendelijke achtertuintjes van de buren.
Sorry, even met m'n hondje spelen. Effe vijf minuten onder veel jolig gegrom en gegrauw die grote kluif apporteren. Zo starten we namelijk altijd de werkdag hierboven. Dit BE-striptekenaarsvak is namelijk een vak van ijzeren dicipline en een rigide dagindeling, dat begrijp je zeker wel. Niets beter dan zo'n vriendelijk gewoontediertje om je aan je eigen dagindeling te houden.
Jaja, dat is inderdaad schetsmateriaal voor de nieuwe Bob Evers. De produktie is inderdaad inmiddels gestart! Ik ben inmiddels weer echt met het BE-tekenen begonnen! Een layout voor twee pagina's op een A3 markerpapier is dit.
EN DIT??? Jajajaja, dit is een stukje van de inkting van het n i e u w e verhaal. Onder het meest strikte embargo, dat begrijp je! Laat Rob van Bavel van de Eppo het maar niet weten dat je dit nu al gezien hebt! De inkt is nog nat. Ik was er net mee in de weer. Als je heel goed kijkt, zie je dat het een h a l v e pagina is en dat ik van r e c h t s o n d e r met inkten ben begonnen. Denk daar meteen maar es over na. Waarom zou dat zijn? Gaan we het tijdens deze BE-stage allemaal nog uitgebreid over hebben, hoor. Dit is maar even kennismaken.
Kijk vooral even verder rond. Dit is m'n lichtbak. Niks anders dan een grote metalen kist op een onderstel met TL-buizen erin. Onmisbaar voor mijn manier van werken. Ga ik je de komende maanden ook alles over vertellen. Hier is je koffie.
Ga even zitten. HEEE HO, koffie NOOIT op dezelfde tafel als je werk!!! Gouden studio-regel! Geen wankele bakjes met hete vloeistoffen in de buurt van kwetsbare originelen. Zet dat ding maar fijn op een kastje of tafeltje náást de tekentafel. Hier meteen je eerste Bob Evers striptip: KOFFIE NIET OP DE TEKENTAFEL!!!
Tja, haha, die schilders-ezel. Die ligt daar wel een beetje zielig voor de boekenplanken. Dat ding kan hier niet rechtop staan.
Computertje. Scannertje, Wacom tablet. Niet eens het allermeest moderne spul, hoor. Helemaal niet nodig voor deze strip. Als je machine comfortabel Photoshop kan draaien, zit je helemaal goed. Dan kun je alles op BE-gebied wat je nodig hebt. Ga ik je in deze komende maanden ook nog een heleboel over vertellen. Jaja, inderdaad op het scherm ook iets ongepubliceerds BE-achtigs. Goed gespot.
Alles een beetje gezien? Dit wel even genoeg voor nu. En . . . heb je zin in je BE-stage? Verwacht je er veel van? De BE-familiejuwelen gratis en voor niks? Wieweet! Ik zal m'n best doen er iets leuks van te maken. Echt proberen je een inkijkje te geven in het striptekenaarsvak. M i j n versie daarvan althans.
Ik beloof trouwens meteen maar dat ik niet weet of ik e l k e vrijdag stipt met een nieuwe posting kom, hoor. Ik hou meteen hier maar een slagje om de arm. De produktie van de nieuwe strip gaat immers altijd voor. Ik ga deze cursus, met veel plezier, fijn onregelmatig doen!
Meer volgt!
Abonneren op:
Posts (Atom)