vrijdag 5 november 2010

Avonturen in de Por Dios-trein

Dinsdagochtend 2 november, 09.05 uur: Hans stapt in de Por Dios-coupe, begroet iedereen, neemt plaats bij Herman Roozen en Pieter Hoogenbirk, drinkt een kop koffie met stroopwafel of gevulde koek en daarna beginnen lange gesprekken over strips. Zo ongeveer moet de entree van Hans in de striptrein geweest zijn.

(foto: Cord Beckman, bron www.l1.nl)

Hoe anders ging dat met de stripmakers in Den Bosch. Om ongeveer 9.15 uur kwam ik daar in de stationshal als eerste Soepermantekenaar René Uilenbroek tegen. Even later op het perron ontmoeten we Gerard Leever. En vlak voordat de striptrein in Den Bosch arriveert voegt ook Argustekenaar René Leisink zich nog bij het gezelschap.
De Por Dioscoupé is de eerste coupé van het tweede deel van de trein, stond er in de uitnodiging. Dus zodra de trein het station binnenrijdt, turen wij naar de koppeling tussen de twee treinstellen. Gevonden! Dus snel in het tweede deel van de trein gestapt. Alleen, geen enkele andere collega te bekennen. In het hele treinstel niet. Blijkt de Por Dioscoupé de laatste coupé van het eerste deel van de trein te zijn. Maar ja, de trein rijdt al en overstappen in het andere deel is niet meer mogelijk. En zo zitten we daar dan, exact volgens het clichébeeld van de Nederlandse stripmaker, zonder geldig kaartje in de verkeerde coupé van de trein. En tot overmaat van ramp komt er dan een conductrice de kaartjes controleren.

(foto: Guus van de Wetering (NS), bron: www.treinreiziger.nl)

Gelukkig weet Gerard de situatie helder en duidelijk uit te leggen en mogen we zonder kaartje of boete in Eindhoven in het andere treinstel overstappen.
En daar, ja hoor, zien we ineens bijna al onze Eppo-collega’s in een feestelijke versierde coupé. Bij Hans, Pieter en Herman zijn nog een paar plaatsen vrij, dus daar nemen Gerard en ik plaats. En de koffie en stroopwafel maken veel goed. Het gloednieuwe blad Por Dios! is in grote stapels aanwezig in de trein. Stapels die gaandeweg de reis steeds kleiner worden.
En wat een prachtig blad. Met een albumvullend verhaal van Storm, De Generaal, Een Agent 327-verhaal dat ik nog niet kende, Elsje, de Bars-strip van Henk Kuijpers en wat al niet meer.
Natuurlijk hebben de tekenaars ook eigen album bij zich. Zo heeft Gerard o.a. Kanaal 13 meegenomen en Hans uiteraard ons nieuwste album en de bijbehorende poster bij zich.
Het gangpad loopt vol, als Gerben voor een aantal fans Elsje op papier zet, terwijl aan de andere kant de ene tekenaar na de andere op een flip-over een prachtige Por Dios-tekening maakt, uiteraard met zijn eigen held in de hoofdrol.
En terwijl dat allemaal aan de gang is, ontspint zich bij ons een gesprek over de toekomst van de Nederlandse strip. Is strip nou kunst of niet? Of is alles kunst? En is daardoor dan juist niets kunst? Mocht de Nederlandse strip gesubsideerd worden? Hebben we nu iets gemerkt van het werk van Gert-Jan Pos, de stripintendant? En zou die Marten Toonderprijs nou niet beter kunnen gaan naar een beginnende striptekenaar die daarmee dan eindelijk zijn droomverhaal op papier kan zetten? En in hoeverre zijn de strips die we zelf maken nou echt een persoonlijk iets?

(foto: Guus van de Wetering (NS), bron: www.treinreiziger.nl)

Zo kwamen we in Maastricht aan, waar het tweede deel van de trein ineens verdwenen blijkt te zijn. De Por Dios coupé is nu de laatste coupé van de trein en de rest schijnt vanaf Sittard richting Heerlen gereden te zijn.
Twintig minuten luchtje scheppen op station Maastricht. En na geconstateerd te hebben dat onze albums helaas niet te vinden zijn in de plaatselijke stationsboekhandel, weer terug de trein, waar de Por Dios-coupé nu de eerste coupé van de trein is.
De pers is ingestapt en Gerard wordt geïnterviewd. Er worden foto’s gemaakt van bijna alle aanwezige stripmakers Na vertrek krijgen we broodjes ham en kaas te eten met uiteraard weer een nieuwe kop koffie erbij. En het gesprek over de toekomst van de Nederlandse strip gaat vrolijk verder. Die duizend fans die Hans nodig heeft om zijn stripalbum te financieren, wordt dat nog wat? En welke van de twee strips van Hans is nu het meest internationaal, Puppy from Hell of Bob Evers? Bob ligt voorlopig nog even op kop met lezers in Belgie en Nederland en bewondering alom voor Hans tekenstijl in het Franstalige gebied.Langzamerhand komt Den Bosch weer in zicht en ik krijg een dagkaart cadeau voor de terugreis naar huis. Tijd om van iedereen afscheid te nemen, We bedanken Rob en de alle andere medewerkers van Eppo en Por Dios voor een toch wel zeer bijzondere treinreis. En dan stap ik samen met Gerard uit in Den Bosch, de Por Dios coupé eindelijk de eerste coupé van het tweede treinstel geworden, dankzij het treinstel dat in Sittard aan de trein gekoppeld is.

(Illustratie: IJsbrand Oost, bron: maxmillercomics.blogspot.com)

Op weg naar huis kan ik eindelijk Por Dios lezen. En echt, wat een prachtig blad. En thuisgekomen ligt de volgende scenario-opdracht alweer op me te wachten. En uit de inspiratie die deze reis me heeft opgeleverd groeit vast en zeker ook nog een verhaal.
En Hans? Geen idee, die heeft misschien nog wel meegemaakt dat de tekenaars elkaars portretten gingen tekenen. Of anders nog een half uur met Pieter en Herman door gepraat over de toekomst van de Nederlandse strip. Wat daaruit is gekomen, hoor ik binnenkort vast wel. Maar één ding is duidelijk: de Nederlandse strip gaat weer als een trein!

2 opmerkingen:

Henkus zei

Topverslag, Frank! Bedankt!
En je mening over Por Dios deel ik dus helemaal.

Davros zei

Een mooi initiatief, die Por Dios-trein. Keek het b;lad vandaag in bij de wekelijkse boodschappenronde in de supermarkt en ben er nog niet uit al dan niet lid te worden in deze financiële crisistijden. Maar mooi is het wel.