Waartoe zo'n weblog? Deze weblog. Die plaatjes, die stukjes? Waarom dit alles hier?
Is het alleen iets commercieels? Die Bob Evers lezers een beetje warm houden? Dat jij, bloglezer, de serie niet teveel uit het oog verliest tussen twee albums? Kan zo een jaar tussenzitten, immers. Een soort klantenbinding?
Of is het gewoon ijdelheid van ons? Van Frank en mezelf. Zelfingenomenheid? Dat we onszelf graag horen praten? Graag voor leraar spelen misschien of, godbetert, naar jou toe fijn een beetje de strip-kunstenaar willen uithangen?
Na dat malle “graphic novel” debat loop ik wel af en toe te peinzen over een derde, misschien wel nog belangrijker facet aan deze weblog: v e r a n t w o o r d i n g.
Om ons heen zien we Nederland spectaculair en in zeer cynische richting veranderen. Hier in Noord Holland maakt het college van provinciale staten ruim 70 miljoen van ons belastingeld zoek, neemt een paar dagen strategisch vrij tijdens het verantwoordingsdebat en gaat vervolgens gewoon weer schaam-te-loos aan de slag. Volledig gedekt door de vrindjes in raad, trouwens. De openlijk incompetente en immer afwezige commissaris, druk met z’n de dertien (!) bijbanen, incasseert ook aan het eind van deze maand desondanks weer z’n provincie-salaris en blijft, volledig gesteund door moederpartij Groenlinks, op het pluche kleven.
Okee. HIER gebeurt het! DIT is het moment! Hier wordt de politieke schade aangericht!!
Niet in die paar weekje campagne straks! Niet tegen de tijd dat je met die bos rozen de Klaverstraat instapt, Wouter! Hier ziet de bevolking van Noord Holland dat hun bestuurders uiteindelijk, als het er écht om gaat, geen verantwoordelijkheid nemen. Als het erop aankomt zullen de heren en dames regenten blijkbaar altijd kiezen voor eigen carrière en inkomen.
Hier wordt geweigerd om te communiceren. Hier wordt een disbalans niet gecorrigeerd.
Waarom zou onze witharige boekenverbieder, die met niemand in debat durft, waarom zou die klootzak zich straks eigenlijk nog inspannen voor z’n stemmen? De campagne wordt op deze manier toch voor hem gevoerd.
Terug naar verantwoording. Terug naar strip.
Hoe je ’t ook bekijkt, Frank en ik zijn, zelfs met deze malle, historische strip, tegen wil en dank croniceurs van deze tijd. Lach niet! Waarom hebben we bijvoorbeeld dit materiaal vormgegeven zoals we hebben gedaan?
Bijvoorbeeld dit. Anders dan in de boeken hebben we de jongens van het roken en de drank afgeholpen. In de jaren vijftig konden pubers als Jan Bob en Arie in een kinderboek nog schaamteloos bij een biertje een peuk opsteken. Kan niet echt meer in het begin van deze eeuw. Niet in deze strips.
Of het geweld, of het racisme uit vd Heide’s boeken? Wat zegt het over ons, over deze tijd, dat we deze pijnpuntjes allemaal zo k e u r i g hebben weggewerkt? Was de serie niet duizendmaal prikkelender geweest als we dat allemaal juist een beetje hadden aangezet? Een beetje op z’n Yves Chaland’s? Hadden we dan niet een nog groter succes gemaakt van deze strip? (Wat zou er trouwens dan wel over ons zijn heengekomen? Extreem rechts in strookjes? Zouden we wel verder zijn gekomen dan één boek?)
En waarom niet het geheel lekker over de rand geduwd? Waarom die boeken niet slechts als uitgangspunt genomen voor een geheel eigen visie? De homo-erotische kaart gespeeld bijvoorbeeld? Eindeloze blote jongetjes op een eiland? Al was het maar onderhuids. Aanrakingen. Blikken? Is onze verstripping eigenlijk niet veel te droog? Te weinig interpretatie? Veel te onderdanig naar het boek?
Ik maak strip. Ik treed naar buiten met dat werk, en jazeker, ik probeer in dat werk te c o m m u n i c e r e n met m’n lezer. Ik steek voor m’n gevoel in dat grafische werk naar die lezer m’n hand uit en probeer daar, met die lijnen, met die vormen, daadwerkelijk iets te vertellen.
Elke dag probeer ik me hier aan die tekentafel te verplaatsen in de lezer. Is dit duidelijk? Gaat ie dit snappen? Is dit afwisselend genoeg? Is dit virtuoos genoeg(haha)? Wordt het alweer tijd voor een grapje?
Geen knieval, hou toch op! Maar hopelijk fijnzinnig en elegant, zoals in een goed gesprek. Dat je in zo’n gesprek persé rekening wil houden met je gesprekspartner. Dat je ‘m niet wil vervelen of beledigen met je monoloog. Of een wissel wil trekken op z’n beleefdheid. Daar gaat het me om in dit vak.
Maar die verantwoordelijkheid gaat misschien wel verder. Op een of andere manier bekruipt me de laatste tijd het gevoel dat ook ík, ook in mijn vak, met dit werk, welicht naar de lezer, uiteindelijk een soort eh . . . maatschappelijke verantwoordingsplicht heb. Een politieke verantwoordelijkheid zelfs misschien. Wij komen toch, hoe je het ook wendt, met dit werk in de openbare ruimte. In allerlei huiskamers. Wat hebben wij, Frank en ik, dan wel te melden in het maatschappelijk discours??
Maakt deze strip, de Bob Eversstrip, juist in deze tijd, bijvoorbeeld niet een statement over authenticiteit en vakmanschap? Betrouwbaarheid, toegankelijkheid? Wil tot communiceren? Welk commentaar geven Frank een ik daarmee over de wereld om ons heen?
Het is erg on-Nederlands, een beetje Frans zelfs, dat begrijp ik, dat politiseren van strip, en ik ben er nog volstrekt niet uit hoe dan, enzo, maar goed . . .
Shit. Is het al zo laat?
Volgende keer meer.