vrijdag 20 februari 2009

Pagina 4: Introducing Anderson

Pfft, dat is heftig, beste bloglezers! Je leest een Bob Eversboek van Willy van der Heide. Je stelt je in gedachten voor hoe het er allemaal uitziet. Je probeert dat zo goed mogelijk te beschrijven in het scenario voor de strip. De tekenaar gaat op zoek naar documentatie. En, baf, ineens verschijnen er foto’s op deze blog van een woestijn waar je nog nooit geweest bent, maar die er exact zo uitziet als die in je verbeelding. De plek waar Jan en Arie hebben rondgelopen, de grot waar ze zich hebben verscholen en het rotsblok van waarachter de bandieten hen onder vuur namen.
Het lijkt ineens allemaal echter dan echt. Wie weet zitten de ouwe Jan, Bob en Arie wel gniffelend mee te lezen met deze blog en onder het genot van een kopje thee met Droste flikken na te kletsen over die goede oude tijd en hun avonturen in een Afrikaanse woestijn.

Maar zover zijn we natuurlijk nog lang niet met ons verhaal in Eppo. Dat extra vliegtuig is nog niet eens vertrokken. Maar de kans dat snel zal gebeuren, wordt op pagina 4 van het stripverhaal ineens een stuk groter door de komst van Anderson. Gilbert Anderson van de Internationale Stilletter Scheepswerven, die alleen zijn naam maar hoeft te noemen om dingen voor elkaar te krijgen. En die, zoals de echte Bob Evers-kenners, al weten een bepalende rol zal spelen bij het verdere verloop van de avonturen van Jan en Arie op hun reis naar Kaapstad. Maar voor degenen, die het oorspronkelijke Bob Eversboek van Willy van der Heide kan ik natuurlijk niet teveel verklappen. In elk geval niet meer dan er te lezen valt op pagina 4 van ons scenario:

PAGINA 4a:

1. Het meisje komt naar de toonbank en vertelt Anderson dat er geen plaats meer in het vliegtuig is. Anderson windt zich flink op. Zijn tas staat tussen zijn voeten.
MEISJE: mijnheer anderson, het telefoontje van uw secretaresse kregen we een half uur geleden. we moesten echter meedelen dat er geen plaats meer was.
ANDERSON: onzin! in ieder vliegtuig kan altijd nog wel één passagier bij.

2. De klerk legt uit Anderson uit dat daar uit veiligheidsoverwegingen geen sprake van kan zijn. Andersons gezicht klaart op als hij hoort dat er die middag misschien een extra vliegtuig zal vertrekken.
KLERK: de directie is erg precies, mijnheer. uit veiligheidsoverwegingen. maar de kans bestaat dat er vanmiddag een extra vliegtuig vertrekt. er zijn reeds drie passagiers voor.
ANDERSON: aha!

3. Anderson verklaart dat hij bereid is voor alle onbezette plaatsen te betalen. Het meisje en de twee jongens kijken hem bewonderend aan. De klerk kucht.
ANDERSON: deelt u de directie mede, dat ik, anderson van de internationale stilletter scheepswerven, bereid ben alle onbezette plaatsen te betalen. u kunt me vinden in het restaurant. ik heb namelijk nog niet ontbeten.

4. Close-2-shot van Jan die de klerk grijnzend aankijkt.
JAN: ik heb zo’n idee dat er vanmiddag wèl een extra vliegtuig naar johannesburg vertrekt.
KLERK: je zei het!

5. Anderson verlaat het kaartenbureau. Jan en Arie lopen op afstand achter hem aan naar de deur. Arie neemt plechtig afscheid van de klerk en het meisje met een Anderson-imitatie. De klerk en het meisje lachen.
ARIE: u kunt ons in het restaurant vinden. we hebben namelijk nog geen kopje koffie gebruikt.
KLERK: hahaha!


PAGINA 4b:

1. Arie en Jan hebben een tafeltje in een rustig hoekje van het restaurant. Buiten stroomt de regen neer op de tafeltjes van het buitenterras. Jan heeft een kop warme chocola besteld, Arie koffie. Uit de luidspreker klinken berichten over de in- en uitgaande vliegtuigen. Jan veert op bij een van de berichten.
TEKSTBLOK: even later…
LUIDSPREKER: De b.o.a.c. uit londen arriveert over tien minuten…
JAN: eindelijk! dat is ‘m!

2. Jan en Arie lopen in de richting van de startbaan. Het grondpersoneel in lange, witte rubberjassen staat al klaar. Rode wagens staan gereed.
ARIE: het valt niet mee om nu te landen.
JAN: oh, ze dalen op radiopeiling. zo veilig als het maar kan.

3. Het vliegtuig daalt, de regen verstuift van de vleugels. Vrachtwagens en grondpersoneel gaan naderbij. Jan verschuilt zich achter een kleine bus en gebaart Arie hetzelfde te doen. Arie reageert vrij nuchter.
JAN: daar komt ie! zorg dat je uit het gezicht blijft, rood brand-alarm. hoe minder jeffries van ons ziet, des te beter is het.
ARIE: hij zal ons meer te zien krijgen dan hem lief is.

4. De twee jongens kijken vanachter de bus naar de passagiers die uit het vliegtuig komen. De eerste is een magere jongeman (Winstone) met een lichte Stetson en een blauwe overjas. Daarachter volgt een gezet heer met een lichte teddyjas (Malherbe). Hij draait zich om naar een verwaand vrouwtje in een witte regencape (Lalou Lalonde). Om haar hals heeft ze een groene sjaal en vanonder haar hoed is pikant rood haar te zien. Een miniatuur Pekineesje (Zazou) kijkt vanuit haar mouw en begint direct te blaffen tegen de regendruppels. Jan herkent het verwaande vrouwtje. Winstone loert vanuit zijn ooghoeken naar haar.
MALHERBE: ze hebben warempel een bus, lalou! een echte bus! dit land begint werkelijk beschaafd te worden.
JAN: lalou lalonde! en die ander is vast haar persmanager. en misschien ook haar regisseur.
ZAZOU: kef! kef!

En op plaatje 4 maken we al even kennis met nog een een aantal passagiers voor dat extra vliegtuig naar Johannesburg. De Franse filmster Lalou Lalonde en Malherbe, haar regisseur.
Malherbe, in wezen een voor Jan en Arie totaal nutteloze medepassagier, zeker als we letten op de gebeurtenissen die gaan volgen. Hinderpaal, sta-in-de-weg, maar ook de komische noot in het eerste deel van de Briefjesjacht-trilogie. En tegen het eind van dit eerste deel heeft hij toch nog een verrassing voor zijn medepassasgiers.
En Lalou Lalonde dan? Het langverwachte vrouwelijk schoon in de Bob Evers strip. Maar op het eerste gezicht ook niet bepaald nuttig gezelschap voor de komende avonturen. En voor al een bron van hoongelach voor een aantal van de andere passagiers. Maar toch… Lalou zal ons nog verbazen.
Ook dat ga ik natuurlijk nog niet allemaal verklappen. Dat moet je echt allemaal zelf lezen. Volgende week woensdag/donderdag in de nieuwe Eppo, bijvoorbeeld. Tot dan!

Geen opmerkingen: