Nu is wat mij betreft het "Goudschip" leesboek het meest onevenwichtige van de Zuidzee-triologie. vdHeide heeft in dit boek drie zeewaardige schepen, tientallen inboorlingen en veel inzet van nieuwe helden MacGarrigle, Abercrombie en Muriloff nodig om het middendeel van z'n verhaal rond te krijgen. Onze HBS-vriendjes zijn hier vaak p a g i n a 's lang uit beeld! Dit is geen perspectiefwisseling meer. Hier worden worden Jan, Bob en Arie gereduceerd tot bijfiguren in hun eigen boek!!!
Ik zal je verklappen, beste lezer, juist over deze pagina's in het boek hebben Frank en ik stevig gediskussiëerd. En ik heb Frank uiteindelijk voorgesteld het stripscenario in dit opzicht schaamteloos te laten afwijken van het boek. . . .
Ik heb het niet over detailaanpassingen hier, we hebben het hier over herschrijving met epische proporties. Ten behoeve van de balans van de strip. Veel minder aandacht voor MacGarrigle's, Abercrombie's en Muriloff's heldendaden. Die handelingen kunnen voor een groot deel naar onze vriendjes. De rest van het Frisco-verhaal kunnen we dan even snel samenvatten. Weg met die ouwe kerels, veel meer jongetjes in beeld.
Volg de komende tijd de BE-strippagina's en beoordeel zelf hoe Frank mijn probleem scenario-technisch heeft aangepakt.
PAGINA 8b:
1. Het viertal loopt in de richting van het dal waar Joe en Jack zitten. Hennessey loopt voorop, Arie licht hinkend achteraan. Arie heeft de verbanddoos onder zijn arm en een aantal blikken voedsel onder zijn andere. Jan, Bob en Hennessey hebben eveneens blikken voedsel onder hun armen. Bob kijkt om naar Arie
ARIE: Dan wachten ze een half uur, worden nijdig en gaan er minstens twee aan land kijken.
BOB: Precies! En dan lopen ze steevast over een pad van en naar de landingsplaats van hun vlot….
2. Het vijftal komt terug bij de hut waar Joe ligt. Bob legt Arie de rest van het plan uit. Ze bespreken de aanpak van hun plannen. Hennessey keert zich om naar Bob en wijst hem op iets dat hij vergeten is.
BOB: Alleen zitten wij daar deze keer met zijn allen verstopt!
HENNESSEY: Ho even! Iemand van ons moet hier bij Joe blijven waken.
3. Terwijl Hennessey Joe kinine uit de verbanddoos toedient, wijst Arie op zijn knie. Bob maakt er een droge opmerking over.
ARIE: Eh…dat doe ik wel. Mijn knie is niet helemaal in orde.
BOB: Dat hebben we al gemerkt.
4. Arie, bewapend met pistool blijft voor de hut waken. Jan, Bob, Jack en Hennessey, allen bewapend met geweren, vertrekken.
BOB: Als we die twee kerels eenmaal overvallen hebben, moet het raar lopen als we die ene knaap op het jacht niet klein krijgen.
JACK: En als we die eenmaal te grazen hebben, zetten we de jacht op die andere zes bandieten in.
PAGINA 8b:
1. Terwijl het viertal de weg naar de Willi Waw volgt, informeert Hennessey bij Bob en Jan naar de muiters van de Frisco.
HENNESSEY: Die schurken die al het goud van ons jacht gestolen hebben. Hebben jullie enig idee waar die gebleven zijn?
JAN: Goeie vraag… Maar nee…
2. Close-up van een peinzende Bob:
BOB: Ik heb er al dikwijls over zitten piekeren waar de Frisco toch heen gevaren is. Daar hebben we nooit meer iets van gezien of gehoord.
3. Totaal. De Frisco ligt voor anker binnen het barrièrerif van een atoleiland. Beide ankerkettingen zijn neergelaten. Achter het schip ligt een grote sloep, die aan het schip is vastgemaakt met een touw. Op de voorgrond wordt het schip beloerd door een Polynesische stam. De Polynesiërs zitten ruggelings tegen palmboomstammen (onzichtbaar voor de bemanning van de Frisco) of liggen op hun buik in het kreupelhout. Hun speren staan naast hen in het zand gestoken. Op de achtergrond breken zware golven in wit schuim op het rif. Het water binnen het rif (waar de Frisco ligt) is kalmer.
TEKSTBLOK: Veertien dagen eerder…
O’CONNOR (buiten beeld, vanaf de Frisco): Nu ben ik aan het woord! Houd je koppen!
1. Het viertal loopt in de richting van het dal waar Joe en Jack zitten. Hennessey loopt voorop, Arie licht hinkend achteraan. Arie heeft de verbanddoos onder zijn arm en een aantal blikken voedsel onder zijn andere. Jan, Bob en Hennessey hebben eveneens blikken voedsel onder hun armen. Bob kijkt om naar Arie
ARIE: Dan wachten ze een half uur, worden nijdig en gaan er minstens twee aan land kijken.
BOB: Precies! En dan lopen ze steevast over een pad van en naar de landingsplaats van hun vlot….
2. Het vijftal komt terug bij de hut waar Joe ligt. Bob legt Arie de rest van het plan uit. Ze bespreken de aanpak van hun plannen. Hennessey keert zich om naar Bob en wijst hem op iets dat hij vergeten is.
BOB: Alleen zitten wij daar deze keer met zijn allen verstopt!
HENNESSEY: Ho even! Iemand van ons moet hier bij Joe blijven waken.
3. Terwijl Hennessey Joe kinine uit de verbanddoos toedient, wijst Arie op zijn knie. Bob maakt er een droge opmerking over.
ARIE: Eh…dat doe ik wel. Mijn knie is niet helemaal in orde.
BOB: Dat hebben we al gemerkt.
4. Arie, bewapend met pistool blijft voor de hut waken. Jan, Bob, Jack en Hennessey, allen bewapend met geweren, vertrekken.
BOB: Als we die twee kerels eenmaal overvallen hebben, moet het raar lopen als we die ene knaap op het jacht niet klein krijgen.
JACK: En als we die eenmaal te grazen hebben, zetten we de jacht op die andere zes bandieten in.
PAGINA 8b:
1. Terwijl het viertal de weg naar de Willi Waw volgt, informeert Hennessey bij Bob en Jan naar de muiters van de Frisco.
HENNESSEY: Die schurken die al het goud van ons jacht gestolen hebben. Hebben jullie enig idee waar die gebleven zijn?
JAN: Goeie vraag… Maar nee…
2. Close-up van een peinzende Bob:
BOB: Ik heb er al dikwijls over zitten piekeren waar de Frisco toch heen gevaren is. Daar hebben we nooit meer iets van gezien of gehoord.
3. Totaal. De Frisco ligt voor anker binnen het barrièrerif van een atoleiland. Beide ankerkettingen zijn neergelaten. Achter het schip ligt een grote sloep, die aan het schip is vastgemaakt met een touw. Op de voorgrond wordt het schip beloerd door een Polynesische stam. De Polynesiërs zitten ruggelings tegen palmboomstammen (onzichtbaar voor de bemanning van de Frisco) of liggen op hun buik in het kreupelhout. Hun speren staan naast hen in het zand gestoken. Op de achtergrond breken zware golven in wit schuim op het rif. Het water binnen het rif (waar de Frisco ligt) is kalmer.
TEKSTBLOK: Veertien dagen eerder…
O’CONNOR (buiten beeld, vanaf de Frisco): Nu ben ik aan het woord! Houd je koppen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten