zaterdag 31 oktober 2009

Verhalen voor Pakjesavond

De goede Sint is weliswaar nog niet in het land, maar uit betrouwbare bron hebben we vernomen dat dat niet lang meer zal duren. En aangezien intussen ook de eerste Sinterklaasuitgaven in de winkels liggen, leek het me hoog tijd voor een aantal verlanglijstjestips. Hier komen ze:

4. Donald Duck 45-2009
(Illustratie: © Disney)

Met daarin op bladzijde 5 t/m 15 het 11 pagina’s tellende Donald Duckverhaal “Een talent voor problemen”, getekend door de Nederlandse tekenaar Sander Gulien. Niet zomaar een verhaal overigens, want ik schreef het naar aanleiding van het verdwijnen van de avonturenstrips uit de Nederlandse kranten en het feit dat we voor “De strijd om het goudschip” nergens een voorpublicatie hadden.Vooral de strippagina die daarvoor in de plaats kwam, moet het in dit verhaal behoorlijk ontgelden. Ik kan me op dit moment eerlijk gezegd totaal niet meer herinneren wat voor (gag)strips daar nu op stonden, maar gezien de diverse teksten in dit verhaal moet het niet best geweest zijn. En de satire in dit verhaal beperkt zich niet alleen tot de stripwereld. Ook het op televisie gepresenteerde zang- en acteertalent moet het ontgelden. Kortom, de hele maatschappelijke trend, waarbij kwaliteit blijkbaar niet meer belangrijk was werd onderwerp van dit verhaal. Ja, beste bloglezer, het zat me allemaal behoorlijk dwars in die tijd. En wat doe je dan als scenarist om je af te reageren? Juist, je schrijft er een verhaal over. Met af en behoorlijk heftige teksten, waarvan er sommige zelfs nog zijn aangescherpt door de tekstredactie van Donald Duck.









(Illustratie: Sander Gulien, © Disney)


Andere afgezwakt of ingekort:















(Illustraties: Sander Gulien, © Disney)






Maar de meeste van mijn therapeutische teksten zijn gelukkig intact gebleven. Zelfs de prijs die in de wandelgangen werd genoemd als betaling voor de bewuste minimalistische strookjes is in het verhaal verwerkt. Wat daar nu van waar is nog steeds niet duidelijk, maar dat Hans van Ganzenveer, de beste tekenaar van Duckstad (tjonge, wie zouden we daarmee bedoelen?), blij is met een contract waarbij hij 10 euro per stripstrookje krijgt is tekenend voor de toon van het verhaal. En natuurlijk kon ik het ook niet laten om de argeloze lezer van dit verhaal duidelijk te maken hoe een goede strip nou wel gemaakt moest worden.









(Illustraties: Sander Gulien, © Disney)





Maar ja, zelfs een maatschappelijke satire ontkomt niet aan de harde, hedendaagse realiteit. Zodat uiteindelijk toch "Flup, het harkpoppetje" de meest gelezen gagstrip van Duckstad wordt.

Kortom, een zeer persoonlijk verhaal dat alles te maken heeft met hoe het er voor stond met de Bob Evers strip in de overgangsperiode tussen de krant en Eppo. Alleen deze week in de winkel te koop, dus mail die verlanglijstjes vandaag nog door, want deze Donald Duck mag absoluut niet ontbreken in de schoen of zak met surprises en cadeautjes van de ware kwaliteitsstripliefhebber.

3. Willie Wortel
















(Illustratie: © Disney)


Een gloednieuw magazine voortgekomen uit de samenwerking tussen Zo?! zit dat en Donald Duck. Met daarin maar liefst drie Willie Wortel verhalen waarvoor ik scenario schrijf.

Op bladzijde 7 t/m 10 verandert Lampje in een gigantische wandelende gloeilamp, die door een speciale uitvinding van Willie maar door blijft groeien met alle gevolgen van dien. De uitvinding zelf heeft overigens wel nut, want deze is bedoeld om maquettes in echte huizen te veranderen. Met het oog op de kredietcrisis en de werkgelegenheid zou van een dergelijke uitvinding tegenwoordig ieder patent geweigerd worden, maar toen ik het in 1994 schreef, kon het nog. Het verhaal is getekend door de Deense tekenaar Freddy Milton en werd eerder gepubliceerd in Donald Duck 27-1998.

(Illustratie: Freddy Milton, © Disney)

Op bladzijde 20 en 21 vindt Willie een bonenplant uit waaraan van alles groeit, behalve bonen. Dit omdat zowel Donald als Wilie niets anders meer dan bonen kan betalen. Toen ik het verhaal in 2002 samen met collega-scenarist Paul Hoogma schreef kreeg de invoering van de euro nog de schuld dat alles duurder werd. In de 2009-versie van dit verhaal geeft de tekstredactie de kredietcrisis de schuld. Ook dit verhaal werd getekend door Freddy Milton en werd eerder gepubliceerd in Donald Duck 41-2003.

Op bladzijde 29 t/m 31 tenslotte opnieuw een co-productie van Paul Hoogma en ondergetekende en wederom gebaseerd op de actualiteit van toen. De marslander antwoordt niet meer!, kopten de kranten en dat werd meteen het onderwerp van ons verhaal. Natuurlijk konden we het niet laten om Willie, die al jaren door de ruimte vliegt en al diverse malen op Mars geweest is, te combineren met een stel geleerden dat al jaren bezig was een bemande marsreis voor te bereiden. Dit verhaal werd getekend door de Spaanse tekenaar Jordi Alfonso en eerder gepubliceerd in Donald Duck 31-2001.

(Schets: Paul Hoogma)

2. Extra Donald Duck Sinterklaasspecial

















(Illustratie: © Disney)


De eerste en enige echte Sinterklaasuitgave in dit lijstje. De jaarlijkse Sinterklaasspecial van Donald Duck bevat maar liefst twee Sinterklaasverhalen waarvoor ik het scenario schreef.

Op bladzijde 12 t/m 15 een verhaal waarin Donald zich groen en geel ergert omdat hij voor de zoveelste keer een surprise voor Guus moet maken en tegen alle stromen in probeert om nu eens geen surprise met stroop en watten te maken. Een psychologisch verhaal dus, dat puur gebaseerd is de op de verschillen in karakters binnen het Duck-universum. Ook dit verhaal werd getekend door Jordi Alfonso en eerder gepubliceerd in Donald Duck 49-2004.

Op bladzijde 17 t/m 26 een van mijn eigen favorieten onder de voor Donald Duck geschreven Sinterklaasverhalen: “Het verdwenen snoepgoed”. Een verhaal met Donald in de rol van straatveger in Sinterklaastijd, een geflipte professor, Kwik, Kwek en Kwak op jacht naar het verdwenen snoepgoed van Sinterklaas en zelfs de door Carl Barks bedachte Duivelstandberg is in dit verhaal terug te vinden. Het verhaal is prachtig uitgewerkt door de Nederlandse tekenaar Sander Gulien en eveneens eerder gepubliceerd in Donald Duck 49-2004.

1. De Bob Evers stripreeks





(Foto: Herman Schreurs)






Helaas geen nieuw album dit jaar, maar de vier reeds uitgebrachte albums zijn meer dan de moeite waard om aan de goede Sint te vragen voor wie ze nog niet heeft.

Kabaal om een Varkensleren koffer, officieel het twaalfde Bob Eversverhaal, maar in de stripreeks het eerste album. Jan en Arie op avontuur zonder Bob, in een krankzinnige tocht door Nederland op jacht naar de inhoud van de varkensleren koffer van ene Buikmans.

Avonturen in de Stille Zuidzee, het tweede album, met een stripbewerking van het allereerste Bob Eversverhaal. Bob, Jan en Arie mogen een maand meevaren op een van de Roosboten, maar lijden schipbreuk en worden uitgerekend opgepikt door de Frisco, een schip vol muiters, met alle gevolgen van dien.


Drie jongens op een onbewoond eiland. In het derde Bob Evers album zijn Bob, Jan en Arie op een onbewoond eiland belandt en proberen ze met de weinige materialen te overleven. Maar dan duiken ook de muiters weer op.

De strijd om het goudschip. Het vierde album, met het derde en laatste deel van de Bob Evers Zuidzee-trilogie. Bob, Jan en Arie proberen hun Amerikaanse vrienden uit handen van de muiters te krijgen. En als dan ook nog het muiterschip Frisco terug met aan boord voor een miljoen aan geroofd goud, brandt de strijd tussen onze vrienden de muiters pas echt goed los.

En wie echt nieuws wil kan natuurlijk altijd nog in Eppo jaargang 2009 terecht, met daarin het eerste deel van de Bob Evers briefjesjacht-trilogie, gepubliceerd in Eppo 1 t/m 16 en 18 t/m 24. Bob stuurt Jan en Arie naar Kaapstad om een handschoenendoos met een zeer waardevol papiertje uit handen van ene Jeffries te houden. Maar helaas het vliegtuig met aan boord Jan en Arie en diezelfde Jeffries wordt gekaapt en maakt een noodlanding in de woestijn.
En aangezien het verhaal nog loopt in Eppo ga ik natuurlijk niets over de afloop vertellen. Die lees je namelijk in de week na Pakjesavond in Eppo. Tenzij de goede Sint een stel van die Eppo’s weet te bemachtigen natuurlijk en ze al op 5 december in de diverse schoenen en zakken met cadeau’s en surprises stopt.

woensdag 28 oktober 2009

Pagina 38: De Britse jagers

Op pagina 38 van “Een overval in de lucht” komt er eindelijk hulp opdagen voor de gestrande reizigers. Drie Britse jagers doorkruizen het luchtruim en Arie is de eerste die ze ziet. Eén probleem: de PH-XKY ligt zover onder de Pisa-rots dat het vliegtuig van bovenaf niet gezien worden. Om die reden wordt er op deze pagina een compleet vreugdevuur ontstoken met alles wat brandbaar is in het vliegtuigwrak. Of Jan, Arie en hun medereizigers op deze manier wel uit de woestijn zullen raken, blijft afwachten. Het antwoord krijg je pas volgende week in Eppo 21. Tot die tijd is hier pagina 38 van het scenario, met een ongebruikte tekst in het laatste plaatje, want Hans laat onze passagiers één moment sprakeloos naar de overvliegende Britse jager kijken.

PAGINA 38a:

1. Arie houdt de wacht bij het vliegtuig. De lucht aan de horizon kleurt zwavelgeel en parelmoer naar het midden toe.
TEKSTBLOK: de volgende ochtend vroeg…
ARIE: eindelijk! het wordt licht. als er nu maar weer iemand langskomt, die…

2. Uit het oosten ziet Arie plotseling drie Britse jagers in een open formatie aan komen vliegen. Ze vliegen laag boven de grond, ongeveer een halve kilometer van hem af, met glanzende vleugels, propellers en roeren. De zon legt zijn eerste stralen op de toppen van de rotspieken.
ARIE: !!

3. Arie staat op de open vlakte en zwaait met zijn armen. Diverse passagiers komen op de achtergrond uit het vliegtuig aan rennen, waaronder Sparks in een fel-paarse pyjama. Hij beveelt iedereen, behalve Lalonde van alles uit het vliegtuig te slopen om de aandacht van de jagerpiloten te trekken. De drie jagers vliegen door en verdwijnen als stipjes in de lucht.
ARIE: hee! hoehee!
SPARKS: ze zien ons niet! vlug! sloop het hele vliegtuig en haal alles eruit wat branden kan. lalou, zet jij koffie voor ons!
LALONDE: oui oui!

4. Terwijl de andere passagiers alles uit het vliegtuig slopen dat brandbaar is, leggen Arie en Jan met felgekleurde lakens en handdoeken de letters: P H – X K Y in het zand. Geen tekst.


PAGINA 38b:

1. De brandstapel is klaar en wordt door Jan aangestoken. Om de stapel heen hebben ze nog een wijde cirkel van hel gekleurde dekens, plastic borden, witte lakens en stukken aluminium gelegd, waarbij ook de letters van lakens en handdoeken te zien zijn.
JAN: nou, arie, als dit niet helpt, helpt niets.

2. De brandstapel veroorzaakt een enorme rookkolom. Peters beschut zijn ogen met zijn hand en tuurt grinnikend naar de rookkolom. Arie kijkt enigszins bezorgd.
PETERS: nee, als ze dit niet zien…
ARIE: ik hoop, dat ze het niet gaan rapporteren als een nieuw ontdekte vulkaan.

3. Tot grote vreugde van de passagiers komt er vanuit de verte een vliegtuig (een Britse bommenwerper) recht naar de rookkolom toe gevlogen.
PASSAGIERS: daar heb je er één!

maandag 26 oktober 2009

Zelf-de-Bob-Evers-strip-tekenen-16!!! Meekijken-7


Drukke weken . . .
(Met een dag of zeven leg ik nu dan toch echt de laatste tekenhand aan dit verhaal, blogmakker. Dan is het gedaan. Ik ben nu, vandaag, hier op de studio pagina BE Overval 45 en 46 aan het doen. Die twee laatste pagina's liggen hier links i.s.n. naast me.)

Toch natuurlijk snel effe wat op de blog gooien . . .
(Ik heb er serieus over gedacht om van die aller-aller-laatste dagen van zo'n werkproces op deze plek een soort blogreportage te maken. Met dan een stortvloed van fotootjes, tekstjes. Elke dag van uur tot uur vastleggen hoe de eindfase zich voltrekt. En dan metéén hier op de blog zetten. Rauw en ongefilterd. Dat zou pas meekijken zijn!!! Een soort BE-strip-Twitter.)

Hmmmmmm. Schetsjes en halve inktingen, altijd leuk . . .
(Maar . . . Shit! Ik durfde het uiteindelijk niet, zo'n super-close verslag van de eindfase van zo'n strip, in realtime op deze weblog. Iedereen die op je vingers kijkt? Een soort super-signeeersessie maar dan met de echte strip! Zelfs al zou ik het commentaar uitzetten. Iedereen hier meenemen middenin het creatieve proces, wauw. Toch te griezelig. te gevoelig. Wat als het effe niet gaat met het werk. Wat als je helemaal vastslaat. Dat je blokkeert? Op zich óók wel weer interessant, natuurlijk. Nee, ik doe het toch maar niet.

Ach, misschien ben ik toch niet ijdel genoeg voor die moderne media. )

Commentaar toch eigenlijk overbodig . . .
(Weetje, ik vertel het wel achteraf. Hoe het was, die eindfase.)

Inktvolgorde globaal van voorplan naar achterplan, binnen zo'n plaatje. Spreekt ook voor zich . . .
(Ik zet de computer gewoon nu weer uit. Ik ga weer aan de slag. Ik spreek je nog.)

Eindresultaatje. Klaar.

zaterdag 24 oktober 2009

De andere verhalen van deze week

Als scenarist put je vaak je inspiratie voor verhalen uit de actualiteit. Ongeveer alles wat om je heen gebeurt, kan immers een verhaal opleveren. Maar soms ook niet. Voor het Tokkie Tor verhaal dat deze week op bladzijde 32 t/m 34 van de nieuwe Donald Duck (nr 44-2009) wordt gepubliceerd, was simpelweg het bestaan van de neushoornkever de inspiratiebron. Een scene uit dit verhaal had in 2007 echter wel een actueel, politiek tintje, namelijk die met handenschudden op de eerste bladzijde. Maar ja, als je politicus in Puindorp bent en er staat een neushoornkever tegenover je die tien keer zijn eigen gewicht kan tillen, kun je beter niet vragen of hij je de hand schudt. Twee jaar later heeft deze scene natuurlijk elke onderliggende laag verloren en blijft alleen de grap over van de kever die zijn eigen krachten niet kent.

Wat ook actueel is, maar een stuk algemener, is de Bert en Ernie-strip op bladzijde 18 en 19 van de nieuwe Sesamstraat (nr 18-2009). Het thema van dit nummer is: herfst. En herfst is het intussen volop. Vandaar dat Bert de vallende bladeren in de tuin bij elkaar probeert te harken. Maar ja, dat is dan weer buiten Ernie gerekend die heel andere plannen met die stapels bladeren heeft. En dan blijkt er onverwacht nog iemand in de tuin te zijn…

(Illustratie: Magic Eye Studio, © Sesame Workshop)

Dit verhaal werd zoals vanouds getekend door onze vrienden en vaste bloglezers van de Magic Eye Studio.

woensdag 21 oktober 2009

Eppo 20: het vliegveld van Duellele

Hij is er weer en gelukkig weer gewoon op woensdag: de nieuwe Eppo! Nummer 20 alweer, met o.a. de nummer 1 in de Schurken Top 3, maar liefst twee pagina’s Agent 327, de boekenkastvan Pieter Hogenbirk en een interview met Luc Cromheeke:

(Illustratie: Luc Cromheeke, karikatuur: Mars Gremmen)
Maar vooral op bladzijde 24 en 25 het vervolg van de avonturen van Jan en Arie in ‘Een overval in de lucht’. Ondanks het speciale kaartje dat Jan in de vorige Eppo van Anderson kreeg, wil hij het geheim van de briefjesjacht nog niet aan Anderson onthullen. Ergens logisch, want zowat alle passagiers luisteren mee. Maar intussen is Jeffries met Breitstein en Kaalmans in Duellele geraakt en slaagt het illustere drietal erin een vliegtuig naar Kaapstap te charteren. Kortom, terwijl Jan en Arie nog steeds muurvast in de woestijn zitten, gaat voor Jeffries de laatste etappe naar de handschoenendoos van Judy Elephant in.

PAGINA 37a:

1. Anderson legt Jan en de anderen uit wat het probleem is. Arie is in slaap gevallen.
ANDERSON: natuurlijk is het mogelijk dat kistje te openen, met technische hulpmiddelen zoals een röntgenapparaat. ik moet zo snel mogelijk óf dat kistje óf die boeven te pakken krijgen.
ARIE: zzzzz!

2. Anderson stelt Jan een vraag. Winstone reageert verrast op het antwoord van Jan.
ANDERSON: maar vertel mij eens: waarom zijn jullie er zo happig op die kerels te volgen? hoe minder je nog van ze zag, hoe gezonder, zou ik zeggen.
JAN: het spijt mij, meneer anderson, maar dat kan ik u niet vertellen.
WINSTONE: ?

3. Winstone maakt een grap over het antwoord van Jan. Tante Ginny kijkt hem nijdig aan.
WINSTONE: lieve hemel, ik geloof dat iedereen aan boord van dit vliegtuig een of ander sinister geheim heeft. dadelijk blijkt nog, dat tante ginny de chef is van een internationaal spionagenetwerk.
TANTE GINNY: !

4. Het rupsvoertuig met Breitstein en co rijdt door de woestijn. In de verte aan de horizon zijn enkele lichtjes, zo groot als speldenknoppen, te zien.
TEKSTBLOK: intussen…
BREITSTEIN: stop! wat zain die lichten?
CHAUFFEUR: duellele… het vliegveld, baas.

5. Breitstein stapt uit het voertuig en beveelt de negerchauffeur uit te stappen. Deze doet wat hem gezegd wordt. Breitstein geeft Jeffries een knipoog.
BREITSTEIN: goed! stap uit! wai zullen de rest van de weg wel lopen.


PAGINA 37b:

1. Breitstein geeft de chauffeur een klap op zijn hoofd met zijn pistool.
GELUID VAN DE KLAP: BATS!

2. De chauffeur ligt bewusteloos en met riemen gebonden in het zand, terwijl het voertuig met Breitstein, Jeffries en Kaalmans in de richting van het vliegveld rijdt.
GELUID VAN HET VOERTUIG: VROAAR!

3. Het legervoertuig arriveert op het vliegveld van Duellele. Breitstein steekt zijn hoofd uit het raam en vraagt aan een nonchalante, manke man, waar hij is. De man spuwt een straal tabakssap uit en antwoordt laconiek.
BREITSTEIN: goedenavond. ies diet het vliegveld van duellele?
MAN: dit is een vliegveld en het ligt bij duellele.

4. Breitstein en Jeffries stappen uit, Kaalmans blijft afwachtend in de auto zitten. Breitstein onderhandelt met de man die meteen een duidelijke prijs afspreekt.
BREITSTEIN: wai drieën moeten zonder taid te verliezen naar kaapstad voor een zakenbesprekieng. wai moeten meteen vertrekken. kunt u ons per vliegtoig daarheen brengen?
MAN: honderd pond per man. vooruit betalen. dan vertrekken we meteen.

5. Een tweemotorige Paisley vertrekt in het holst van de nacht richting Kaapstad.
TEKSTBLOK: en zo…
MAN (buiten beeld, vanuit de cockpit): morgenvroeg bent u in kaapstad.


Tot de volgende keer!

zondag 18 oktober 2009

Voedselcrisis op de prairie

Pessimisten voorspellen ons na de kredietcrisis nog een energiecrisis en een voedselcrisis. Over energiecrisissen hebben we voor Donald Duck al vaak genoeg verhalen gemaakt, vooral als Donald weer eens in het donker en de kou kwam te zitten, omdat hij zijn rekeningen niet kon betalen. Wat een voedselcrisis precies inhoudt, kun je deze week lezen in het Hiawatha-verhaal op bladzijde 34 t/m 37 van de nieuwe Donald Duck (nr 43-2009). Nu boterde het toch al niet tussen de krijgers van de Pafwangs en de Rondbuiken, maar als opeens de bizons van de prairie verdwenen zijn is de boot pas goed aan. Gelukkig zijn de squaws er ook. Overigens moet ik voor de historische juistheid hier wel vermelden dat het niet de Indianen zijn geweest die de Amerikaanse bizon bijna hebben uitgeroeid, maar juist de afstammelingen van de geïmporteerde westerlingen die in de 19e eeuw een ware heksenjacht op het arme beest hebben uitgevoerd. En natuurlijk dat dit Hiawatha-verhaal door niemand minder werd getekend door José Ramon Bernado Kneff.

vrijdag 16 oktober 2009

Pagina 36: De wonderbaarlijke wederopstanding van Platneus

Op pagina 36 van ons verhaal is de rust in de woestijn eindelijk weergekeerd. Breitstein, Breitstein, Jeffries en Kaalmans zijn vertrokken. De directe dreiging is weg. Maar Jan en Arie zitten met een groot probleem. Door alle verwikkelingen lijkt het erop dat Jeffries eerder in Kaapstad zal zijn dan zij. Het plan met het gefingeerde telegram van Bob, bedoeld om Jeffries zich even koest te laten houden en voor hem bij de Elephants te zijn, lijkt mislukt.Voor Jan en Arie zit er weinig anders op dan te wachten tot iemand anders de gestrande vliegtuigpassagiers ontdekt.
Verder geeft Anderson eindelijk uitleg over het stalen kistje dat zo belangrijk voor Breitstein lijkt te zijn en dat in wezen de oorzaak van de hele overval in de lucht. Behalve dat blijkt Anderson ook nog eens diep onder de indruk van de verrichtingen van Jan eerder in het verhaal.
Maar de meest bijzondere rol op deze pagina is voor de achtergebleven schurk Platneus. Zoals je hieronder kunt lezen is Platneus in het scenario net zo overleden als in het boek van Willy van der Heide. Hoe minder schurken op de wereld, hoe beter tenslotte. (Hoewel, ook weer niet te weinig, want dan kun je heel wat stripverhalen minder maken). Maar goed, de almachtige hand van de tekenaar besliste anders en wist schurk Platneus vakkundig te reanimeren. Weliswaar volkomen buiten westen, maar toch… Platneus overleeft dit avontuur en zal dus straks als enige bandiet met de rest van de passagiers de woestijn verlaten. Maar dat is weer iets voor de volgende Eppo’s. Hier is pagina 36:

PAGINA 36a:

1. Anderson vindt het lichaam van Platneus achter de grote steenklomp waar de boeven zich ten tijde van het vuurgevecht bij de grot verborgen. Alleen zijn voeten zijn zichtbaar.
ANDERSON: hier! hij is niet meer. teveel bloedverlies, zo te zien.
JAN: ik kan nu niet bepaald rouwig om dit individu zijn, maar toch…!

2. Jan en Arie brengen Anderson bij het vliegtuig. Het is intussen helemaal donker. In de cabine van het vliegtuig branden slechts een paar lampen. Paul, die net naar buiten komt, kijkt verrast op als hij hoort dat Arie en Jan nog een luchtje gaan scheppen.
JAN: gaat u maar naar binnen. wij gaan nog even een luchtje scheppen.
PAUL: nog meer pistolen zoeken?
ARIE (lachend): nee, de losse tand van een jonkheer.

3. Als ze alleen zijn overleggen Jan en Arie over de toestand waarin ze terecht zijn gekomen.
ARIE: dat jeffries ontkomen is! die zit nu misschien al lang en breed in een trein naar kaapstad. o, jan, wat hebben we een pech!
JAN: we hadden het zo keurig voor elkaar met dat telegram uit londen om jeffries bij de elephants vandaan te houden. en nu… alles verkeken!

4. Arie en Jan gaan door met hun overleg.
ARIE: die geoloog had het over een oase. kunnen we die niet lopend zien te bereiken?
JAN: vijfenzeventig kilometer door het zand?... ik geef het je te doen. we zijn nu al bekaf. na een kilometer of twintig vallen we neer.

5. Jan en Arie lopen terug naar het vliegtuig.
ARIE: als je nou bedenkt dat we misschien maar vijf en zeventig kilometer van die vent vandaan zitten. wat is dat nou nog? dan kunnen we toch niet gaan zitten afwachten?
JAN: voor het ogenblik zit er niets anders op. en we hebben een goede kans dat ze ons morgen wel vinden.


PAGINA 36b:

1. Als Jan en Arie de cabine in komen, begint Anderson net aan een verklaring over de hele toestand. De gewonde Lie Dee, Gary en Zazou liggen op dekens in de cabine. Tante Ginny verzorgt Lie Dee en Gary, Lalonde Zazou.
ARIE: en toch moeten we die bandieten zo snel mogelijk inhalen. als we morgen…??
ANDERSON: ik voel me nogal verantwoordelijk voor alles wat er gebeurd is. ik ben jullie wel een uitleg verschuldigd, geloof ik.

2. De passagiers luisteren aandachtig naar Andersons verhaal. Vooral Jan is zeer geïnteresseerd.
ANDERSON: mijn ingenieurs hebben een nog geheime uitvinding gedaan, waarmee een schip op de helft van de tijd te bouwen is. u snapt wel dat dit ook uit militair oogpunt ongelooflijk belangrijk is. …

3. Jan onderbreekt het verhaal van Anderson. Anderson kijkt hem bevestigend aan en vertelt verder. Arie nestelt zich intussen op een deken.
JAN: en breitstein wil u dat geheim ontfutselen om het aan deze of gene te verkopen?
ANDERSON: precies! breitstein is voor elke regering te koop. iemand van mijn eigen kantoor moet hem de tip hebben gegeven dat ik van plan was naar johannesburg te vliegen.

4. Close-2-shot van Anderson die ongelooflijk onder de indruk van Jan is en dat duidelijk laat merken. Arie is op de achtergrond in slaap gevallen.
JAN: meneer anderson, ik zat onder de cabine, toen u voor de eerste keer met breitstein sprak, en…
ANDERSON: jij zat onder de vloer van de cabine??... jongen, jij hebt iets waardoor je het nog eens ver zult brengen.

5. Close-up van het kaartje dat Anderson aan Jan overhandigt.
ANDERSON (gedeeltelijk in beeld): als je ooit een baan nodig hebt, kom je maar bij me, dan krijg je er een! ik meen het! hier!
TEKST OP HET KAARTJE: Toonder hiervan, J. L. H. Prins, moet
op zijn verzoek, op vertoon van dit
kaartje, onmiddellijk bij mij worden
toegelaten, op het uur door hem ver-
zocht.
G. P. Anderson

Tot de volgende keer!

woensdag 14 oktober 2009

Zelf-de-Bob-Evers-strip-tekenen-15!!! Meekijken-6


Meer inkt! En weer in telegramstijl. Op 8 september deze schetsen al es gepost. Hier een historisch verslagje in welke volgorde de inkt er uiteindelijk op ging, op die schets 39a.

Meteen trouwens maar es even nuanceren op de "rechtsonder inktstart" regel van vorige keer. Weliswaar hier op deze paginahelft ook rechtsonder met inkten begonnen . . .

. . . maar die mot je natuurlijk ook weer niet AL te rigide toepassen, zo'n regel.


Inkten is misschien een beetje zoals je je bord leegeet. Eerst de lekkerste hapjes eruit pikken.

Of beter nog, misschien per plaatje juist éérst de moeilijkste elementen aanpakken. Voorgrond-elementjes, belangrijke acteurs, dragende constructies voor je compositie. Als je die belangrijkste stukken in inkt te pakken hebt, lonkt eigenlijk het volgende plaatje al.



Als het ongevéér op staat, meteen weer door naar het volgende plaatje. Misschien voelt het nog het op zo'n moment nog meest als eh . . . puzzeltjes oplossen, of brandjes blussen, dat stripmaken. Het puzzeltje van "hoe krijg ik het verhaal per plaatje zo helder mogelijk uitgelegd "

En tenslotte dan eindeloos rondom blijven werken, tot ook alle achtergrond elementjes erop staan. Later meer.